Den Haag – De crisis rond de vuilstort op Bonaire is de schuld van alles en iedereen, behalve van het huidige Bestuurscollege. Daar kwam het verweer van gedeputeerde Clark Abraham op neer in zijn gesprek vandaag met de Tweede Kamercommissie voor Koninkrijksrelaties. Of zoals commissielid Peter van Haasen (PVV) het samenvatte: “U kunt uw handen als een Pontius Pilatus in onschuld wassen, maar waarom heeft u niet eerder ingegrepen?”
Volgens Abraham treft het huidige eilandbestuur geen blaam, maar anderen des te meer. Zoals alle voorgaande Bestuurscolleges (in twee waarvan hij overigens zelf zitting heeft gehad) die zich er nooit druk over hebben gemaakt dat afvalbedrijf Selibon niet over de vereiste vergunningen beschikt. Maar ook wnd. Rijksvertegenwoordiger Jan Helmond, de minister en de (“de kroon benoemde”) gezaghebbers hebben daar niet tegen opgetreden, ‘zwarte piette’ een getergde gedeputeerde verder.
Ook politie en het Openbaar Ministerie kregen ervan langs, omdat er nog niemand is aangehouden voor het stichten van branden op de vuilstort (“Grenzend aan terrorisme, wat is het volgende dat in brand wordt gestoken?”). De aanwezige Kamerleden kregen eveneens een sneer te incasseren: “Waarom zijn er geen Kamervragen gesteld?” En nu er eindelijk een Bestuurscollege is dat “met passie” opkomt voor de uitgerookte omwonenden van de gifbelt, werkt de wnd. RV tegen en geven ministeries tegenstrijdige boodschappen.
Maar, zo beloofde Abraham, als Selibon niet per 1 april een einde maakt aan de overlast, zal het Bestuurscollege dat doen. Daarnaast benadrukte hij te willen samenwerken en graag ziet meer ondersteuning te krijgen. Het gesprek diende ter voorbereiding op het debat dat de Kamercommissie later vandaag heeft met de staatssecretarissen Szabó (Koninkrijksrelaties) en Jansen (Infrastructuur en Waterstaat).