Den Haag – De fracties van de aanstaande regeringspartijen NSC en VVD zijn horende doof voor de argumenten van Curaçaose Statenleden dat de Tweede Kamer zich terughoudend dient op te stellen bij verdragen die Curaçao wil aangaan met andere landen.
Op initiatief van het Kamerlid Folkert Idsinga van Nieuw Sociaal Contract wordt geen gehoor gegeven aan het verzoek van minister van Buitenlandse Zaken Bruins Slot om stilzwijgend in te stemmen met een belastingverdrag tussen Curaçao en San Marino. Dankzij de steun van zijn fractiegenoten en die van de VVD verzamelde hij ruim meer dan de 30 Kamerleden – inclusief de partijleiders Pieter Omtzigt en Dilan Yeşilgöz – die nodig zijn om een plenair debat af te dwingen.
Dat komt neer op een herhaling van zetten: afgelopen week vond een soortgelijk debat plaats over het belastingverdrag met Malta, eveneens op aandringen van (oud-VVD’er) Idsinga. Daaraan werd deelgenomen door de ‘bijzonder gedelegeerden’ door de Statenleden Brownbill, McWilliam en Mercelina. Hun boodschap wat meer respect te tonen voor de autonomie van Curaçao is in elk geval bij NSC en VVD niet overgekomen.
Raoul White (GroenLinks-PvdA) heeft zijn bedenkingen over de actie van NSC en VVD: “Wij vinden dat net als bij het debat over het verdrag met Malta terughoudendheid gepast is. Dit maakt alleen nog meer duidelijk dat we snel aan de slag moeten om gevolg te geven aan het democratisch deficit volgens de lijn zoals in het Statuut opgenomen is. De rol van Nederland zou moeten zijn de landen naar hun eigen behoefte te ondersteunen en te faciliteren bij dit soort processen en zodanig hun autonomie te respecteren. Laten we de bestuurlijk nog maar jonge landen de gelegenheid geven om te leren en te groeien. Daar hoort verantwoordelijkheid nemen en eigen besluiten maken ook bij.”
Aan het debat zal een schriftelijke vragenronde voorafgaan waarbij ook de Staten de gelegenheid krijgen vragen in te dienen. Onbekend is of er ook weer bijzonder gedelegeerden t.z.t. aan het plenaire debat zullen deelnemen. Overigens zit er nog een verdrag in de pijplijn, met Suriname.