In de zondagse estafette-rubriek ‘Bericht uit…’ belichten columnisten uit de Caribische delen van het Koninkrijk bij toerbeurt de kanten van hun eiland waarvan zij vinden dat die de aandacht van alle koninkrijksburgers verdienen. Vandaag komt het bericht uit Saba.
Samenwerken
Door Marijke Geelhoed
Op een vulkanisch eiland als Saba is veel vruchtbare grond te vinden en het verbouwen van gewassen lukt dan ook goed. Veel mensen maken hier gebruik van door een stukje land te kopen om zelf aan de slag te gaan in hun moestuin. Tot zover klinkt dit allemaal goed. Toch zijn er wat aandachtspunten, waarbij de grootste focus op samenwerken ligt.
Elke particulier kan nu aan het verbouwen slaan, maar er wordt geen overleg gepleegd wie wat teelt Dit resulteert in kilo’s tomaten op het ene moment en tot kilo’s sperziebonen op het andere moment, periodes zonder tomaten en periodes met kilo’s aardappelen; van een hoge patatprijs is hier geen sprake.
Verschillende pogingen zijn ondernomen om het verbouwen tot een nog groter succes te maken. Zo is er één ochtend in de week een foodtruck op een vaste plek die lokale producten verkoopt. Maar met dit mooie initiatief wordt de kern van het ‘probleem’ niet aangepakt. De boer hoeft nu zelf zijn producten niet te verkopen, maar het aanbod blijft hetzelfde. Zonder boodschappenlijstje boodschappen doen is op Saba sowieso heel handig, je weet nooit wat er is geleverd, maar om dagenlang tomaten te eten, is ook niet aantrekkelijk.
Een ander initiatief is de start van een kas waar verbouwd wordt. Ook dit is een mooi project met veel potentie. Dit is een procesinitiatief, waarbij het tijd kost om resultaat te boeken. Dit mag ook tijd kosten, laat dit helder zijn, maar helpt dus nog niet tegen de kilo’s tomaten op hetzelfde moment.
Vanuit dit initiatief werden er informatiebijeenkomsten gehouden over het telen van gewassen, om zo nog meer mensen te informeren en het land zo productief mogelijk te benutten. Deze boodschap kwam niet bij iedereen goed over, lokale boeren schreven zich in zodat er minder plek was voor nieuwelingen die wellicht ook zouden bedenken tomaten te gaan telen…
Pas geleden is er een nieuwe groentewinkel geopend in The Bottom, één van de vier plaatsen op Saba. In deze winkel worden vijf dagen per week lokale producten verkocht. Nu kan er dus vaker dan één ochtend verkocht worden en stijgt de vraag. De boeren kunnen hun lokale producten verkopen aan deze winkel. Wellicht is dit een mooie start om boeren te laten samenwerken, om tot een afstemming te komen zodat er verschillende gewassen per keer verbouwd kunnen worden.
Is dit de oplossing? Dat zal nog blijken. Is het zo zwart-wit als nu geschetst wordt? Nee, uiteraard niet. Het is niet een onoverkoombaar probleem, maar het is een aandachtspunt. Het is één van de vele mooie dingen die op Saba gebeuren om zelfvoorzienend te worden. Ondernemers die af en aan naar Sint Maarten reizen om de producten vervolgens op Saba te kunnen verkopen, is ook verre van ideaal. Met de klimaatverandering die ook hier goed merkbaar is, van een droogteseizoen is echt geen sprake, is dit niet houdbaar. En ach, hoeveel gerechten kun je eigenlijk wel niet met tomaten maken?