Bonaire

COLUMN – Roze bril

In de zonnige kijk van staatssecretaris Van Huffelen op de Caribische delen van het Koninkrijk is geen plek voor ook maar het kleinste wolkje. Dat bleek deze week maar weer eens toen zij de Tweede Kamer informeerde over de “voortgang” van de zogeheten Landspakketten. Daarin hebben de regeringen van Curaçao, Aruba en Sint Maarten zich verbonden aan ingrijpende hervormingen die hun landen weerbaarder moeten maken dan ze bij het uitbreken van de coronacrisis bleken te zijn. De voortgangsrapportages – vooral die van Curaçao – wemelen van de rode en gele vlaggen die staan voor stilstand of verontrustende vertraging.

De stas beziet het slagveld niettemin met een knalroze bril. Het gebrek aan voortgang was, zo schreef ze, “noodzakelijk voor een zorgvuldig, participatief en duurzaam proces, afgestemd op de capaciteit en context van de Landen”. Daaraan is dus – ondanks de hulp van een legertje Nederlandse ambtenaren en ingehuurde experts – de helft van de voor de Landspakketten uitgetrokken tijd al in rook opgegaan.

Bijzonder, want de daarin opgenomen hervormingen komen niet uit de lucht vallen. Achtereenvolgende regeringen hebben vaker – al ver voor corona – plechtig beloofd het disfunctioneren van hun belastingdienst, rigide arbeidsmarkt, falende onderwijssysteem, inefficiënte en daardoor te dure zorg en gebrek aan transparantie van het openbaar bestuur aan te pakken. De landen hebben het welbewust voor zich uitgeschoven.

Maar nu “de basis grotendeels (dus nog niet helemaal?) is gelegd” kijkt mevrouw de staatssecretaris naar eigen zeggen “met vertrouwen uit naar de fase waarin de hervormingen daadwerkelijk geïmplementeerd zullen worden.” Toch lijkt ze niet helemaal zeker van haar zaak: “Dit zal niet altijd gemakkelijk zijn. Ik houd dan ook nauw contact over de voortgang, effectiviteit en uitdagingen van de hervormingen met de minister-presidenten van de Landen.”

Wie wat verder kijkt dan zijn/haar/hen neus lang is, verbaast zich niet over de stroperige gang van zaken. Een sprekend voorbeeld van de eilandelijke bestuurscultuur (een optelsom van – in willekeurige volgorde – onwil, onkunde, onvermogen en onmacht) werd deze week aan het licht gebracht door de Rekenkamer van Curaçao. Die heeft het ‘Project Publiek Cameratoezicht’, een initiatief uit 2015 van toenmalig minister van Justitie Nelson Navarro, onder de loep genomen.

Het nobele doel was het veiliger maken van de samenleving. Geen overbodige luxe, want het aantal gewelddadige berovingen (ook van toeristen en stagiaires) en drugsgerelateerde afrekeningen dreigden Jamaicaanse proporties aan te nemen. Voor het cameraproject werd 21,6 miljoen uitgetrokken. Hoewel het budget inmiddels met 1,8 miljoen is overschreden, is de uitvoering in fase 2 van 4 blijven steken.

Van de 580 bestelde camera’s zijn er slechts 212 geïnstalleerd. De rest ligt ergens in opslag, maar vanwege gebrekkig toezicht is dat niet helemaal zeker. Van de 187 die daadwerkelijk in gebruik zijn genomen, staat niet vast dat ze nog werken. In elk geval zijn alle 16 in politieauto’s geïnstalleerde camera’s buiten dienst omdat de wagens defect (6) of total loss (5) zijn of om andere vage redenen.

Door een tekort aan personeel is er ook al niks terechtgekomen van 24/7 live monitoring van de beelden. Bovendien is de wetgeving niet aangepast, waardoor bij geregistreerde verkeersovertredingen geen boete kan worden opgelegd. Met een Guinness Book of Records-waardig gevoel voor eufemisme komt de Rekenkamer tot de conclusie dat de doelstellingen “niet optimaal” zijn gerealiseerd.

Toch heeft het cameratoezicht, hoe rammelend ook, zijn waarde bewezen. Enkele tientallen misdrijven zijn dankzij camerabeelden opgelost, waaronder een in 2016 bij het carnaval gepleegde moord. De Rekenkamer vindt daarom niet dat de overheid het project bij het afval moet zetten en reikt een groot aantal aanbevelingen aan om het voort te zetten. Overigens wel met de kanttekening dat de huidige voorraad camera’s technisch verouderd is. En van Chinese makelij zodat Peking kan meekijken.

De onderzoekers vellen geen politiek oordeel over het fiasco. Daartoe is wel alle aanleiding, want het project zou heel goed “van binnenuit” ondermijnd kunnen zijn. Criminelen hebben immers een lange arm die tot diep in het openbaar bestuur strekt. Dat heeft ook bedenker van het cameraproject Navarro letterlijk aan den lijve ondervonden.

Nadat al eens twee Venezolaans huurmoordenaars die op weg om de minister om te leggen, waren onderschept, overleefde de crimefighter eind 2015 een bijna wel gelukte aanslag. Na het drinken van een hem in het Bestuurskantoor geserveerd kopje koffie werd hij onwel. Politieonderzoek wees uit dat er rattengif in zijn koffie was gedaan. Korte tijd later keerde Navarro de politiek de rug toe.

Het uitroeien van misstanden in de Cariben is niet zonder gevaar. Misschien verklaart dat waarom lokale bestuurders niet staan te trappelen over te gaan tot uitvoering van noodzakelijke hervormingen. Sommige geledingen in de maatschappij zijn daar immers niet bij gebaat.

Kadushi is het buitenbeentje van DossierKoninkrijksrelaties.nl: een stekelige rubriek die soms wel eens ‘au’ kan doen.

error: Deze inhoud mag niet gekopieerd worden.