Den Haag – Volt en GL/PvdA in de Eerste Kamer hebben er moeite mee dat de regering Aruba een hoge rente over de coronalening in rekening brengt omdat het kabinet Wever-Croes zich verzet het financieel toezicht per rijkswet te regelen.
“Een stap in de verkeerde richting. Ik vind dat teleurstellend,” aldus Eerste Kamerlid Eddy Hartog (Volt) tijdens de algemene politieke beschouwingen. Hij kreeg bijval van Ferd Crone (GL/PvdA): “Waarom moet dit nou zo strak?” Hartog vroeg meerdere keren “hoeveel winst de schatkist zal maken op de leningen als Curaçao en Aruba ze keurig terugbetalen”, maar staatssecretaris Van Rij weigerde een bedrag te noemen.
De beide senatoren vinden de manier waarop het kabinet de landen “straft” met een “boeterente” niet passend binnen het Koninkrijk. Zij dienden een motie in waarin de regering gevraagd wordt om een “constructievere” opstelling jegens Curaçao, Aruba en Sint Maarten. Dinsdag wordt over de motie gestemd. Steun komt er in elk geval niet van de PVV en FvD; die vinden dat de coronaleningen überhaupt niet verlengd hadden moeten worden.
Motie Hartog/Crone
“De Kamer, gehoord de beraadslaging, constaterende dat de Kamers onlangs een incidentele suppletoire begroting voor Koninkrijksrelaties hebben goedgekeurd; hiermee de mogelijkheid is geboden een aantal leningen voor Curaçao, Aruba en Sint Maarten te herfinancieren; aan Aruba een rente wordt aangeboden die boven de Nederlandse herfinancieringsrente ligt; overwegende dat in de begrotingsregels is beschreven dat bepaalde niet-belastingontvangsten, zoals boetes, binnen het uitgavenkader vallen; de Nederlandse regering met de verhoogde rente bepaalde politieke concessies bij de ontvangende landen van het Koninkrijk wil afdwingen; verzoekt de regering om te kiezen voor constructievere manieren om goed financieel beheer binnen het Koninkrijk te bewerkstelligen, die niet tot beperking van de financiële ruimte voor de ontvangende landen leiden, via de uitgaven dan wel de inkomstenkant, en gaat over tot de orde van de dag.”
Lees HIER het gehele verslag van het debat