Sint Eustatius

COLUMN – Bericht uit Sint Eustatius

In de zondagse estafette-rubriek ‘Bericht uit…’ belichten columnisten uit de Caribische delen van het Koninkrijk bij toerbeurt de kanten van hun eiland waarvan zij vinden dat die de aandacht van alle koninkrijksburgers verdienen. Vandaag komt het bericht uit Sint Eustatius

Waar gaan ze heen?

Door Nicola Jaeger

Wanneer we niet de tijd hebben om met Smokey naar het strand te gaan, verkennen we de buurt tijdens onze wandelingen. Een van onze routes leidt via een nieuwbouwgebied naar een wat meer verwilderde omgeving, met jonge bomen, acacia’s en ander prikkelig struikgewas. Vandaaruit volgen we koeien/geitenpaden door de dichte begroeiing naar een grote open plek. Waarom dit gebied in het verleden ontruimd is, is mij een raadsel, maar in ieder geval hebben een paar grote tamarindbomen de kaalslag overleefd. De rest is met een deken van Coralita bedekt. Van hier leidt Smokey ons met haar goede neus feilloos via diverse (klein)vee paden door de wildernis weer terug naar huis.

De klimplant Coralita, oorspronkelijk uit Mexico, werd op Statia geïntroduceerd om schuttingen te verfraaien. Maar, Antigonon leptopus groeit snel, enorm snel en verdringt inheemse boom- en plantsoorten door overwoekering. Hierdoor krijgen de gewassen eronder niet genoeg zonlicht om te overleven. Volgens een onderzoek in 2021 had Coralita al 15 tot 33 procent van het eiland veroverd. Loslopende geiten eten de plant alleen als er geen ander voedsel beschikbaar is. Ook ander loslopend vee, zoals koeien en schapen, geeft de voorkeur aan wat anders.

Waar geen van deze dieren voor kiezen, maar wat toch door de enorme aanwezige hoeveelheid vaak met het voedsel wordt ingenomen, is plastic. Dit wordt overduidelijk wanneer we karkassen van koeien en geiten op onze wandelingen tegenkomen, waarbij veel plastic zakken en andere stukjes kunststof, tezamen gedrukt tot een plastic brok, tussen de bleke ribben achterblijft. Zo‘n koe-skelet ligt onder een tamarindeboom. Ik weet uiteraard niet met zekerheid of dit de doodsoorzaak geweest is. Maar ik denk dat het voor zowel her vee als de uiteindelijke consumenten niet gezond kan zijn dat deze dieren hun magen vullen met plastic afval.

Op Sint Maarten wordt Statia het Eiland van de Geiten genoemd. Het vlees moet voortreffelijk zijn. Helaas kan ik dit als vegetariër niet verifiëren. No worries, ik zal over vleesconsumptie geen preek beginnen. Ik vraag me alleen wel af of het niet beter zou zijn om als eigenaar je dieren omheind te houden, zodat je weet waar ze zijn, hoe het met ze gaat en wat ze eten? En misschien zou je ze dan nog gedeeltelijk met wat Coralita kunnen voeden ook. Win-win.

Naast de oprukkende Coralitavelden, lijken grote delen van Statia een stuk kaler in vergelijking met ons verblijf negen jaar geleden, hetgeen ongetwijfeld een bijdrage levert aan het huidige erosiedilemma. De orkanen Irma en Maria hebben hierin zeker een rol gespeeld. Wortels van bomen en struiken vervullen een cruciale taak in het stabiliseren van de grond, waarmee een leefgebied gecreëerd wordt voor andere plant- en diersoorten. Zonder deze ondersteuning is het land niet altijd in staat zichzelf te herstellen. Zeker niet wanneer elk plant- of boomstekje wordt opgewacht door vele hongerige ogen.

Wetenschappelijk onderzoek bevestigt onze observatie. Volgens Hannah Madden is het aantal loslopend kleinvee sinds 2013 aanzienlijk toegenomen. In 2020 liepen er volgens dit onderzoek ca. 6.000 tot 9.000 geiten en 2.200 tot 6.500 schapen los tot in alle uithoeken van het eiland. Hoewel deze aantallen op de langere termijn al funest kunnen zijn voor de natuur op Statia blijven deze dieren zich in de tussentijd uiteraard, net als loslopende koeien, gewoon vermenigvuldigen.

Om een idee te krijgen waar dit mogelijk toe kan leiden, is het de moeite waard naar andere eilanden te kijken. Geiten en ratten hebben het eiland Redonda (Antigua) tot een dorre rots omgevormd. Op de Galapagoseilanden Pinta, Santiago en Isabella dreigden in de jaren negentig onder meer de unieke reuzenschildpadden te verliezen aan geiten, ezels en varkens. Deze invasieve dieren vernietigden de bossen op de hellingen van de vulkanische eilanden, waardoor de schildpadden in het droge seizoen geen schaduw of water meer konden vinden. Ook het Hawaii Volcano National Park heeft in de jaren zeventig zwaar geleden onder ca. 15.000 geiten, die het park dermate destabiliseerden en degradeerden, dat verschillende inheemse plantensoorten volledig werden uitgeroeid en ongelukken steeds vaker voorkwamen.

Maar deze eilanden laten ook een positieve zijde zien. Allen zijn op weg naar herstel. Er werden plannen ontwikkeld en maatregelen genomen om deze dieren volledig te ruimen dan wel de aantallen drastisch te verminderen. Bij Redonda steeg hierdoor het aantal plantensoorten van 17 in 2012 naar bijna 90 slechts vijf jaar later. Dankzij het Project Isabella Plan werd in 2006 het laatste van de genoemde eilanden in Galapagos van geiten verlost. Na grote staatsslachtprogramma’s mogen inwoners van Hawaï nu de overgebleven geiten jagen voor consumptie. Hopelijk hebben deze dieren minder plastic in hun systeem.

Ik begrijp dat het uitgangspunt op Statia iets anders is. Schijnbaar is het loslopend (klein)vee van iemand. Maar geldt het principe dat eigendom met verplichtingen komt, dan ook op Statia? Of het nu gaat om afval of loslopende dieren, uiteindelijk is het een kwestie van verantwoordelijkheid, maar ook van respect. Respect voor de dieren, de omgeving, de medemens en de toekomst van het eiland, dat komende generaties een leefbaar thuis moet gaan bieden. Of: Waar gaan ze heen?

error: Deze inhoud mag niet gekopieerd worden.