Kralendijk – Het openbaar lichaam heeft in strijd gehandeld met de beginselen van behoorlijk bestuur bij het bepalen van de hoogte van de afvalwaterheffing voor hotels en restaurants. Tot die conclusie is de rechtbank gekomen in de rechtszaak die de Bonaire Hotel and Tourism Association (BONHATA) tegen de heffing heeft aangespannen.
Het OLB wilde hotels 600 dollar per jaar per kamer in rekening brengen en restaurants 600 dollar per keuken voor het lozen van afvalwater op het riool. De aanvankelijke ingangsdatum van 1 januari 2023 werd door de kortgedingrechter op verzoek van BONHATA opgeschort tot 1 oktober. En nu heeft de rechtbank definitief een streep gehaald door de beoogde heffing voor hotels en restaurants.
De rechter vindt dat de samenstelling en hoeveelheid van het geloosde afvalwater het criterium zou moeten zijn voor het bepalen van de hoogte van de heffing conform het principe ‘de vervuiler betaalt’, zoals door BONHATA aangevoerd. Als verliezende partij is het OLB veroordeeld tot het betalen van de proceskosten. Wat de gevolgen van het vonnis voor de begroting van het eiland precies zijn is onbekend. Het OLB heeft nog niet op de uitspraak gereageerd.
De invoering van een afvalwaterheffing is een voorwaarde die de Europese Unie heeft verbonden aan de 19 miljoen euro subsidie die in 2010 beschikbaar werd gesteld voor de bouw van een afvalwaterzuiveringsinstallatie. Het Eilandbestuur wilde de lasten voor burgers zo laag mogelijk houden door de rekening grotendeels bij hotels en restaurants te leggen.