Het zal je maar gebeuren dat je in één adem wordt genoemd met onder meer Afghanistan, Iran en Venezuela. Landen waar de rechteloosheid regeert en gewetenloze regimes burgerrechten vertrappen. Het overkwam Curaçao: het ministerie van Buitenlandse Zaken van de Verenigde Staten heeft het eiland in de rangschikking van naties die te weinig ondernemen tegen mensenhandel gedegradeerd naar de allerlaagste categorie. Overkomen is misschien niet het juiste woord. Curaçao heeft de terechtwijzing ten overstaan van de wereld over zichzelf afgeroepen. En dat met medewerking van politiek Den Haag dat de bizarre gewoonte heeft weg te kijken als elders in het Koninkrijk een loopje wordt genomen met mensenrechten.
De kritiek van de Amerikanen richt zich mede op de wijze waarop Curaçao omgaat met Venezolanen die op zoek naar een menswaardig bestaan huis en airco achter zich laten. De opvang, bescherming en (medische) verzorging schiet op alle fronten tekort. Ook worden de migranten/vluchtelingen onvoldoende op hun rechten gewezen. Ongedocumenteerden die door de politie van straat of door de Kustwacht (de Koninkrijksvariant van Frontex) uit een wankel bootje worden geplukt, verdwijnen in afwachting van hun deportatie achter de tralies. Degenen die aan dat lot ontsnappen, worden door werkgevers grof uitgebuit. Vrouwen verdwijnen in de seksindustrie of in de huishoudelijke slavernij. Voor hulp zijn de Venezolanen volledig aangewezen op particuliere initiatieven.
Het treurige is dat dit alles al veel langer bekend is. Human Rights Defense Curaçao was de eerste die jaren geleden alarm sloeg. Vervolgens trokken Stichting Vluchteling en Amnesty International zowel bij de Curaçaose als de Nederlandse regering aan de bel. Afgelopen weken gaven de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten bij de Verenigde Naties en het Comité tegen foltering van de Europese Unie eveneens uiting aan hun diepe zorgen.
Niet dat het ook maar enige indruk maakt op de verantwoordelijken. De Curaçaose regering werpt bij monde van minister van Justitie Hato de verwijten verre van zich. Hij beschuldigt Amnesty ervan het land Curaçao ten onrechte aan de publieke schandpaal te nagelen. Het kabinet Pisas heeft juist veel respect voor de mensenrechten, beweert de bewindsman met droge ogen. Dat er in de praktijk niks van blijkt, komt door een gebrek aan geld, aldus zelfverklaard mensenrechtenhoeder Hato. Of Nederland dus maar even bijpast, hoor je hem denken.
Kadushi kan er met zijn verstand niet bij dat een land waarvan de bevolking tot nog maar een paar generaties geleden zelf slachtoffer was van ontmenselijking zo hardvochtig omgaat met naaste buren die, gevlucht voor het Maduro-regime, wanhopig op zoek zijn naar een veilig bestaan. Of zou het gebrek aan mededogen misschien een van de doorwerkingen van het slavernijverleden zijn?
Minstens zo beschamend is de houding van Nederland. Lid 1 van artikel 43 van het Statuut voor het Koninkrijk zegt weliswaar dat “elk der landen zorg draagt voor de verwezenlijking van de fundamentele menselijke rechten en vrijheden, de rechtszekerheid en de deugdelijkheid van het bestuur”, maar voor het geval een land in gebreke blijft, is er nog lid 2: “Het waarborgen van deze rechten, vrijheden, rechtszekerheid en deugdelijkheid van bestuur is aangelegenheid van het Koninkrijk.”
Desondanks doet Nederland waar het mensenrechten betreft al jaren alsof het tweede deel van artikel 43 niet bestaat. Elke keer als een Kamerlid ernaar vraagt (en dat is het afgelopen decennium tientallen keren gebeurd) klinkt hetzelfde valse liedje: mensenrechten zijn een aangelegenheid van de autonome landen, dus gaat Den Haag er niet over. Hallo: Den Haag gaat er – via de Rijksministerraad – wel over, maar de wil ontbreekt. De betrokkenheid van Nederland blijft daardoor beperkt tot een beetje twinnen met IND’ers en een tonnetje om de schimmel in de cellen waar Venezolanen worden opgesloten met een lik verf aan het zicht te onttrekken.
Misschien is die onverschilligheid niet vreemd als je bedenkt dat de uitgeregeerde (danki Dios) Rutte trots is op de deal die hij met dictator Saied van Tunesië heeft gesloten. Door hem een miljard toe te stoppen gaat die voor oorlog en terreur verdrevenen tegenhouden zodat wij gespaard blijven voor hartverscheurende beelden van aan Europese toeristenstranden aanspoelende drenkelingen. Die creperen voortaan door honger en uitdroging in de woestijn, uit het zicht van de camera’s.
Kadushi is het buitenbeentje van DossierKoninkrijksrelaties.nl: een stekelige rubriek die soms wel eens ‘au’ kan doen.