Bonaire

COLUMN – Bericht uit Bonaire

In de zondagse estafette-rubriek ‘Bericht uit…’ belichten columnisten uit de Caribische delen van het Koninkrijk bij toerbeurt de kanten van hun eiland waarvan zij vinden dat die de aandacht van alle koninkrijksburgers verdienen. Vandaag komt het bericht uit Bonaire.

Het gras is altijd groener bij de buren

Door Burney el Hage

Hoe groen het gras ook is, bij de buren lijkt het altijd net even groener. Twee weken geleden bezocht een delegatie van de Eilandsraad van Bonaire de eilandengroep Åland. Åland is een autonome regio van Finland. Finland is een republiek met in principe twee bestuurslagen: landsbestuur en lokaal bestuur om het simpel te houden. In Finland heeft het lokaal bestuur van Åland een bijzondere positie in de vorm van een grotere mate van autonomie over eigen aangelegenheden. Doel van het bezoek was onder meer om informatie te krijgen over de afzonderlijke grondwettelijke positie en de staatkundige structuur van Åland binnen het Finse staatsbestel.

In dezelfde periode dat de delegatie van de Eilandsraad Åland aandeed, bezochten de Bestuurscolleges van Bonaire, Saba en Statia Schiermonnikoog. Het doel van dit bezoek was onder meer om informatie uit te wisselen, kennis te delen en samenwerkingsverbanden te creëren. Net als Bonaire zijn ook de Waddeneilanden eilanden met een gemeentelijk bestuur. Eilanden hebben vaak gelijksoortige uitdagingen en kennisdeling en samenwerking is in principe een goede zaak.

Sommige Bonairiaanse politici zijn inmiddels al meerdere keren naar Åland afgereisd en kennelijk ligt daar een politieke bedoeling achter.  Op zich is daar niks mis mee, maar enig (historisch) perspectief is wel op zijn plaats.

Bonaire heeft jaren deel uitgemaakt van de toenmalige Nederlandse Antillen. De Nederlandse Antillen was een autonoom land in het Koninkrijk. Het was niet alleen een belastingparadijs, maar had ook een bloeiende financiële sector, een bruisende vrije zone, een grote scheepswerf en een droogdok, olieraffinaderijen van wereldformaat en een sterk opkomende toeristische sector. Dezelfde Nederlandse Antillen heeft echter bitter weinig geïnvesteerd in de ontwikkeling van Bonaire en zijn bevolking. Geen investeringen in de kritische infrastructuur en geen weg geasfalteerd of school gebouwd. Om maar niet te spreken over investeringen in de zorg, het onderwijs en sociale huisvesting. Bonaire telde verschillende ministers en staatssecretarissen en had ook Statenleden, maar die kregen bitter weinig gedaan voor het eiland. Het is te danken aan ontwikkelingshulp uit Nederland en Europa dat Bonaire niet helemaal een kale rots is. De andere eilanden, behalve Curaçao, verkeerden in hetzelfde schuitje, reden waarom Aruba al in 1986 uit de Antillen gestapt is.

Andere staatkundige systemen bekijken en ervaren kan een toegevoegde waarde hebben. Het bezoek aan Åland is zeker geen weggegooide tijd. Maar dat staatkundige structuren niet zaligmakend zijn, is ondertussen overduidelijk. Zeker niet de structuren waar autonomie en macht worden gecreëerd voor politici waardoor deze zich vervolgens staatshoofd kunnen wanen.

Bonaire maakt sinds deel te zijn van het Nederlandse staatsbestel een ongekende ontwikkeling door. De economie is bruisender dan ooit tevoren. Alle sectoren zitten in de lift. Er wordt meer gefeest dan ooit. Maar, elke medaille heeft een keerzijde en in dit geval noem ik het de prijs van deze onbeheerste en ongecontroleerde economische groei. Het lijstje is lang, maar ter illustratie: extreem hoge kosten van levensonderhoud, ernstig woningtekort, druk op de infrastructuur en spanningen en teleurstelling onder de bevolking.

Het lijkt erop dat Bonaire een ‘managementprobleem’ heeft en niet een staatkundig probleem. Bestuurlijk zijn we niet effectief genoeg om de uitdagingen te bestrijden, laat staan voorkomen terwijl er toch echt wel met het oog op de toekomst zou moeten worden bestuurd. De ontwikkeling heeft zich gericht op het creëren van veel meer regels, bureaucratie en onduidelijkheid naar de burgers toe. Er is vrijwel niet geïnvesteerd in de ontwikkeling van de bestuurlijke verhouding tussen het Rijk en Bonaire. In dertien jaar geen enkel akkoord ter verbetering van bestuurlijke effectiviteit van de twee bestuurslagen naar de burgers toe. Aan optimisme ontbreekt het mij niet. Maar er moet nu wel snel een doorbraak komen. Welke politicus heeft het lef de vicieuze cirkel te doorbreken en met oog voor de toekomst te regeren/besturen.

Het lijstje is inmiddels wel bekend: structuurplan Bonaire en omgevingsvergunning, anders ‘verstikken’ wij met zijn allen in Kralendijk, invoering van een menswaardig sociaal minimum en maatregelen tot effectieve koopkrachtverbetering van met name de minder bedeelden’ om maar enkele te noemen.

Wij kijken naar ons gras, staren ons blind en trekken vervolgens de conclusie dat het gras toch groener is bij de buren. In plaats van het gras te maaien en te besproeien, willen we de grasmat vervangen. Het probleem zit niet in de grasmat, maar in de verzorging en het onderhoud ervan.

Er is werk aan de winkel in Bonaire. Geen tijd om te filosoferen en te dromen.

error: Deze inhoud mag niet gekopieerd worden.