Zware kritiek VVD op onderlinge regelingen met CAS-landen

Den Haag – De Tweede Kamerfractie van de VVD heeft grote twijfels over de werkbaarheid van de ‘onderlinge regelingen’ met Curaçao, Aruba en Sint Maarten, die staatssecretaris Van Huffelen vorige maand met tromgeroffel heeft gepresenteerd als alternatief voor de afgeschoten rijkswet Caribisch Orgaan voor Hervorming en Ontwikkeling.

Namens de grootste regeringspartij confronteerde Roelien Kamminga de bewindsvrouw vandaag in een commissiedebat met de vele zwakheden in het bereikte akkoord. “Het toezicht lijkt flinterdun, de afdwingbaarheid blijft onduidelijk en de wijze waarop we geschillen gaan beslechten zou ik ronduit naïef willen noemen. Helaas leert het verleden op dit dossier dat vertrouwen mooi is, maar controle beter”, aldus enkele bedenkingen van de VVD.

Inbreng Kamerlid Kamminga (VVD) in het commissiedebat

Voorzitter, dit debat was op mijn verzoek om te kunnen spreken over de onderlinge regelingen en de voortgang van de hervormingen. Het was een moeizaam traject en helaas zijn de zorgen die de VVD aan de voorkant had niet weg. Want het toezicht lijkt flinterdun, de afdwingbaarheid blijft onduidelijk en de wijze waarop we geschillen gaan beslechten zou ik ronduit naïef willen noemen. Helaas leert het verleden op dit dossier dat vertrouwen mooi is maar controle beter.

Nu de werkorganisatie onderdeel blijft van BZK en niet onafhankelijk wordt kunnen we op onze vingers natellen dat we binnen de kortste keren tegen over elkaar staan en in eindeloze welles-nietes discussies verzanden.

Bij de onderlinge regeling is weliswaar een bemiddelaar mogelijk. Maar wat als dat niet helpt? Wat gebeurt er dan? En bij een geschil over het verstrekken van financiële middelen is bezwaar en beroep mogelijk bij de Nederlandse bestuursrechter. Maar acht deze zich ook bevoegd en hoe lang duurt zo’n traject. En wat dan als deze zich niet bevoegd verklaard. Dit lijkt op een regeling met een open einde.

En hoe bindend is deze regeling? Kan een partij er eenzijdig uitstappen en wat is dan de consequentie? Moeten dan de verstrekte leningen onmiddellijk worden terugbetaald en vervalt de verdere financiële bijstand? Dat zou ik namelijk wel logisch vinden. Graag een reactie.

En wellicht de meest fundamentele vraag wat is nu de betrokkenheid van het parlement? Hoe wordt de Tweede Kamer geïnformeerd? Heeft de Kamer überhaupt nog iets in te brengen? Of wordt de Kamer steeds voor voldongen feiten geplaatst? En is het enige instrument dat resteert het al dan niet goedkeuren van het verstrekken van financiële middelen?

En dan toch nog even specifiek over Aruba. Wat betekent de “onderlinge regeling” voor de Rijkswet Aruba financieel toezicht (RAft)? Ik neem aan dat deze er nog steeds komt, want de noodzaak voor streng toezicht op de financiën is niet weg. Kijk alleen al naar de openstaande leningen. En laat ik hier heel helder in zijn voorzitter.

Wat de VVD betreft heeft dit een 1 op 1 relatie met de discussie over het al dan niet verlengen van de lening. Ik heb de staatssecretaris horen zeggen dat dit voor haar ook randvoorwaardelijk is, maar is dat een harde toezegging want ik heb te vaak op dit dossier meegemaakt dat het uiteindelijk gaat schuiven en dat weten ze in Aruba ook. Ik zou hier graag een helder antwoord op willen en ik overweeg een motie op dit punt.

Want voorzitter, in alle eerlijkheid hoe duidelijk ben je als kabinet als je de ene dag een strenge boodschap geeft en de andere dag miljoenen toezegt middels een investeringsfonds.

Voorzitter, dan de voortgang van de hervormingen zelf want uiteindelijk is dat het echte doel. Voor de VVD is het van groot belang dat er vooruitgang wordt geboekt. Er is veel armoede op de eilanden en dat moet aangepakt worden middels structurele hervormingen, investeringen en ordentelijk bestuur, te beginnen met het verminderen van de corruptie, het deugdelijk innen van belastingen en het afschaffen van de uitzonderingen voor friends and family.

En dan kan toch niet de uitkomst zijn dat Curaçao aan de ene kant vraagt om financiële bijstand van de Nederlandse belastingbetaler en vervolgens voor miljoenen aan belasting van de eigen inwoners kwijtscheldt. Dat is toch onbestaanbaar. En dan heb ik het nog niet eens gehad over het feit dat Curaçao een paradijs voor gokbedrijven is met het overgrote risico van witwaspraktijken. De kranten staan er deze dagen weer vol van. Hoe kijkt de staatssecretaris hier tegenaan en welke maatregelen kunnen er volgens haar worden genomen? 

Dit alles draagt niet bij aan het gevoel van commitment en urgentie van de zijde van de Landen. En voorzitter, ja er wordt echt werk verzet dat zie ik ook, maar we moeten ook eerlijk zijn de stappen zitten vooralsnog vooral op maatregelen die minder fundamenteel zijn. De lastige maatregelen worden nog niet genomen, sterker nog daar zie ik op onderdelen zelfs terugtrekkende bewegingen en wordt meer moeite gestoken in het verzinnen waarom het niet kan dan te zorgen dat het lukt.

Voorzitter, er wordt vaak gedaan alsof de hervormingen vooral nodig zijn omdat de VVD of Nederland dit zo graag wil. Maar niets is minder waar. Ik kan het niet vaak genoeg zeggen. We stellen die voorwaarden, we stellen die kritische vragen en we benoemen de dingen die niet goed gaan omdat alleen door echt orde op zaken te stellen op het gebied van goed en integer bestuur, het financieel beleid en het doorvoeren van hervormingen het pad naar duurzame economische ontwikkeling kan worden in gezet en de Landen daarmee hun autonomie kunnen vergroten.  

Voorzitter, dan toch ook nog een paar woorden over Sint Maarten. Hoewel ik zie dat het inmiddels echt op stoom komt, blijf ik me toch verbazen dat iets als een vliegveld nog steeds niet op orde is. Ik snap de complexiteit van sommige zaken maar dit ligt ook echt aan bestuurlijke keuzes. Hoe kijkt de staatssecretaris hiernaar en hoe staat het met het ziekenhuis.

Voorzitter, tenslotte nog even over het in het gehele Koninkrijk kunnen trouwen met een partner van hetzelfde geslacht. Is hier al licht aan het einde van de tunnel?

error: Deze inhoud mag niet gekopieerd worden.