Den Haag – Nationale ombudsman Reinier van Zutphen heeft vandaag een exemplaar van de bundel ‘Kadushi’s Prikkeljaar 2022’ in ontvangst genomen. In de bundel zijn de columns over het Caribisch deel van het Koninkrijk opgenomen die vorig jaar op de website DossierKoninkrijksrelaties.nl zijn gepubliceerd.
Een terugkerend onderwerp in de bijdragen van columnist ‘Kadushi’ is de achterstelling van de inwoners van de bijzondere gemeenten Bonaire, Sint Eustatius en Saba ten opzichte van hun landgenoten in Europees Nederland. Een thema dat al jaren ook de bijzondere aandacht van de Nationale ombudsman heeft. Zo zijn de afgelopen jaren 3 rapporten verschenen over de armoede in Caribisch Nederland, vergezeld van een oproep aan het kabinet en de Tweede Kamer vaart te maken met de invoering van een sociaal minimum.
Statement Nationale ombudsman Reinier van Zutphen
“Het is begrijpelijk dat op 10 oktober 2010 toen Bonaire, Sint Eustatius en Saba bijzondere gemeenten van het land Nederland werden niet meteen alle nationale verworvenheden in het sociaalmaatschappelijke domein konden worden rechtgetrokken. De lokale overheden moesten al heel veel veranderingen doorvoeren en er moest ook rekening worden gehouden met de economische draagkracht. Raar was wel dat bijvoorbeeld de kinderbijslag niet meteen werd ingevoerd, dat gebeurde pas na interventie van de Eerste Kamer in 2016.
De regering koos ervoor aan inkomensverbetering te werken door stapsgewijs het wettelijk minimumloon en de uitkeringen te verhogen en parallel daaraan kosten van levensonderhoud te verlagen. Maar het tempo was te laag en de stappen te klein. De armoede is sinds 2010 zelfs verder toegenomen. Als Nationale ombudsman heb ik er op verschillende manieren bij de regering op aangedrongen voortvarender te werk te gaan. We hebben meerdere rapporten gepubliceerd. Ook anderen zoals het College voor de Rechten van de Mens hebben dat gedaan. Media spelen hierin eveneens een belangrijke rol. Zoals columnist Kadushi die zich regelmatig boos maakt over de achterstelling van de inwoners van Caribisch Nederland. Ook ik kan me erover opwinden en dat moeten we blijven doen tot ook daar een leefbaar sociaal minimum is. Het had toch niet nodig moeten zijn dat de consumentenorganisatie Unkobon op Bonaire zich genoodzaakt voelt om daarvoor een rechtszaak tegen de Staat der Nederlanden te beginnen.
De armoedeproblematiek op de eilanden kan niet vaak genoeg onder de aandacht van politiek Den Haag worden gebracht. Het lijkt erop dat de aanhoudende druk resultaat heeft. Dit kabinet toont in elk geval meer ambitie, maar er kunnen nog wel een paar tandjes bij. Blij ben ik overigens met het besluit van de minister van BZK het wetgevingstraject te starten om de gelijkebehandelingswetgeving op de BES-eilanden van toepassing te verklaren. Er zijn meer positieve ontwikkelingen. Er wordt eindelijk serieus werk gemaakt van het wegnemen van bureaucratische hindernissen waar Caribische studenten tegenaan lopen als ze voor een vervolgstudie naar Europees Nederland komen. Bij de klachtenafhandeling door de lokale overheden en overheidsdiensten zoals de politie wordt vooruitgang geboekt.
Maar ik heb het sterke gevoel dat wij er bovenop moeten blijven zitten. Daarom houden wij geregeld spreekuren voor burgers en blijven wij onderzoeken doen zodat we wanneer nodig in Den Haag aan de bel trekken. Zoals Kadushi op zijn manier doet in zijn columns.”