Den Haag – Curaçao, Aruba en Sint Maarten zijn dichtbij een akkoord met Nederland over een ‘onderlinge regeling’ over door te voeren hervormingen. De verwachting is dat de ondertekening begin april kan plaatsvinden. Daarvoor zullen de ministers-presidenten Gilmar Pisas, Evelyn Wever-Croes en Silveria Jacobs naar Den Haag reizen.
Tijdens bestuurlijk overleg op 12 en 13 januari op Sint Maarten bereikten de premiers overeenstemming met staatssecretaris Van Huffelen (Koninkrijksrelaties) om in plaats van de omstreden consensusrijkswet voor de oprichting van het Caribisch Orgaan voor Hervorming en Ontwikkeling per land een onderlinge regeling te treffen.
De in Philipsburg tijdens een gezamenlijke persconferentie uitgesproken verwachting dat deze afspraken begin maart ondertekend zouden kunnen, is te optimistisch gebleken. Vooral het ambtelijk uitwerken en ‘op papier zetten’ van de afspraken heeft meer tijd in beslag genomen.
Zodra de landen hebben getekend, zal Van Huffelen het vorig jaar aan de parlementen aangeboden wetsontwerp COHO officieel intrekken. Aan de inhoud van de landspakketten waaraan de regeringen van Curaçao, Aruba en Sint Maarten zich hebben verbonden, verandert niets. Hoe het toezicht op de uitvoering zonder COHO wordt vormgegeven, is niet duidelijk.
Anders dan bij een rijkswet hebben regeringen voor het aangaan van een onderlinge regeling geen instemming van hun parlementen nodig.