Den Haag – Minister Schouten (SZW) heeft vandaag het wetsvoorstel Kinderopvang BES aangeboden aan de Tweede Kamer. Deze bevat de basisregels voor de kwaliteit, het toezicht en de financiering van kinderopvang op Bonaire, Saba en Sint Eustatius. Het doel is om voor alle kinderen in Caribisch Nederland goede, veilige en betaalbare kinderopvang te bieden, zodat elk kind de kans heeft zich te ontwikkelen.
De kwaliteitseisen in het wetsvoorstel komen grotendeels overeen met de eisen die nu al gelden via de Eilandverordening(en) Kinderopvang. Het gaat bijvoorbeeld om eisen aan het pedagogisch handelen, de veiligheid van kinderen en het gezondheidsbeleid. Veel kinderopvangorganisaties zijn met het programma BES(t) 4 kids al een eind op weg met het voldoen aan deze kwaliteitseisen.
Het wetsvoorstel bevat ook kwaliteitseisen om ervoor te zorgen dat de overgang van de kinderopvang naar de basisschool soepel verloopt en ontwikkel- en leerachterstanden voorkomen worden. Daarvoor moet in de dagopvang gewerkt worden met een programma voor voorschoolse educatie en de ontwikkeling van kinderen moet gevolgd worden. Ook moeten afspraken gemaakt worden tussen kinderopvang en scholen over hoe de overgang wordt georganiseerd. De bedoeling is dat basisscholen in groep 1 en 2 een programma voor vroegschoolse educatie aanbieden dat aansluit op het programma in de kinderopvang.
Kinderen die extra ondersteuning nodig hebben, worden zoveel mogelijk binnen reguliere groepen opgevangen. Om kinderopvangorganisaties te ondersteunen bij kinderen met lichte problematiek, zorgt het openbaar lichaam voor pedagogische ondersteuning en advies. Bij zwaardere problematiek kan het Expertisecentrum Onderwijszorg (EOZ) worden ingeschakeld voor advies over het begeleidingsplan en indien nodig het (laten) stellen van de diagnose, het begeleiden van het kind naar specialistische zorg of de toeleiding naar ‘plusopvang’. Die is speciaal voor kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte, waar bijvoorbeeld de ruimtes zijn aangepast en waar extra getrainde pedagogisch medewerkers werken.
Toezicht
Op basis van het wetsvoorstel zal de Inspectie van het Onderwijs worden aangewezen als toezichthouder op de kwaliteit van de kinderopvang. De inspectie werkt bij de uitvoering van het toezicht samen met lokale inspecteurs van het openbaar lichaam en zal, zeker de eerste jaren, stimulerend toezicht uitvoeren. Het toezicht is gericht op het verbeteren van de kwaliteit van de kinderopvang.
Financiering
Volgens het wetsvoorstel gaat de Rijksoverheid de kinderopvang grotendeels financieren. Later dit jaar zal een vervolgonderzoek naar de kosten van kinderopvang worden uitgevoerd. Op basis van de uitkomsten van dit onderzoek zal de hoogte van de vergoeding voor de kinderopvang en de ouderbijdrage worden vastgesteld.
De ouderbijdrage wordt verder verlaagd naar 4% van de kostprijs op het moment dat dit ook in Europees Nederland gaat gelden. De kosten voor de kinderopvang zullen straks voor een maand volledige opvang niet meer zijn dan enkele tientallen dollars die ouders aan de kinderopvang blijven betalen. Voor ouders die het niet kunnen betalen, krijgt het openbaar lichaam de mogelijkheid om de ouderbijdrage te betalen. Voor hen is de kinderopvang gratis.
Het vervolg
De wet zal na instemming van de Tweede en daarna de Eerste Kamer gefaseerd in werking treden. De verwachting is dat in 2024 de onderdelen die betrekking hebben op kwaliteit en toezicht van kracht worden. Het onderdeel dat betrekking heeft op de financiering volgt op een later moment.
Daarnaast wordt gewerkt aan de verdere uitwerking van het wetsvoorstel in een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB). Hierin worden nadere eisen aan bepaalde onderdelen die gaan over kwaliteit en toezicht opgenomen. In de eerste helft van 2023 vindt hierover nog een consultatieronde plaats op alle drie de eilanden, met onder andere kinderopvangorganisaties, scholen en ouders.