Het kabinet is door de pomp of beter gezegd: de VVD. De volksclub van Pinokkio Rutte verzet zich niet langer tegen het maken van excuses voor de Nederlandse rol in de trans-Atlantische slavenhandel en uitbuiting van tot slaafgemaakten op de plantages in het Caribisch deel van het Koninkrijk en Suriname. Met excuses en 200 miljoen euro voor een bewustwordingscampagne inclusief nationaal slavernijmuseum denkt het kabinet af te kunnen rekenen met het koloniale verleden, al zullen er altijd types zijn die vinden dat Nederland met miljarden aan herstelbetalingen over de brug moet komen. Die vergeten dat er sinds het einde van het koloniale tijdperk in 1954 al vele miljarden vanuit Den Haag zijn overgemaakt. Dat burgers daar verrekte weinig profijt van hebben gehad, daarvoor moeten ze maar eens de Quote-500 van Caribische rijke stinkerds op naslaan.
Intussen maken Surinamers en Antillianen ruzie over de plek waar Rutte dan wel koning Willem-Alexander de excuses moeten uitspreken, over de vraag of in 2023 150 of 160 jaar afschaffing wordt herdacht en of 1 juli Keti Koti blijft heten of, zoals de Curaçaose beweging Plataforma Sklabitut i Herensha di Sklabitut wil, officieel wordt omgedoopt tot Emancipatiedag. Over de verdeling van die 200 miljoen zal ook nog wel de pleuris uitbreken. Vanuit Bonaire liet de plaatselijke Dialooggroep Slavernijverleden weten dat de bevolking niet zit te wachten op excuses en liever heeft dat Den Haag eindelijk eens serieus werk maakt van het wegwerken van sociaal-maatschappelijke achterstanden op het eiland.
Terwijl het kabinet eindelijk door de knietjes is gegaan voor een groeiende meerderheid in de Tweede Kamer die aandringt op het maken van niet gewone, maar oprechte excuses, beleeft het koloniaal denken in het parlement een revival. Aanjager daarvan is niet eng rechts zoals Forum voor Democratie of JA21, maar opmerkelijk genoeg de partij van de verbinding BIJ1. Kopvrouwe Sylvana Simons laat geen kans onbenut om op nogal indringende wijze het koloniale verleden te veroordelen, maar aarzelt niet in één moeite uit te venten dat zij beter weet wat goed is voor de Caribische delen van het Koninkrijk dan de eilanden zelf.
Deze week diende Simons een motie in waarin zij in verwijtende zin constateerde dat Nederland als grootste en rijkste land van het Koninkrijk weinig oog heeft voor de risico’s van klimaatverandering in de Cariben. Ze schrijft dat toe aan de koloniale verhoudingen en spreekt van klimaatracisme om vervolgens van het kabinet Rutte te vragen maatregelen te nemen om de eilanden tegen o.a. de voorspelde verdere zeespiegelstijging en krachtiger orkanen te beschermen. Daarmee gaat ze onuitgenodigd op de stoel zitten van de regeringen en parlementen van de autonome landen, een bizar staaltje superioriteitsdenken.
Simons gaat er kennelijk op voorhand vanuit dat de Caribische bestuurders zich niet bewust zijn van de risico’s van klimaatverandering en ook niet mans genoeg zijn bij Nederland aan te kloppen voor ondersteuning. Als ze al gelijk zou hebben, ontneemt ze met haar motie de bestuurders van de landen de kans invulling te geven aan hun verantwoordelijkheid, spreekt ze wantrouwen uit in het controlerend vermogen van de Staten en diskwalificeert ze de lokale media. Een nogal brute ontkenning van gelijkwaardigheid. Of zoals oud-minister Omayra Leeflang het verwoordde: “Dit Kamerlid blijft ongehinderd door gebrek aan kennis van de staatkundige structuur in het Koninkrijk waarin de autonomie van de CAS-landen is vastgelegd, doordrammen over beleid dat uit Nederland moet komen.”
“Maar de landen zijn blij met de motie”, klonk het nog. Ja, dank je de koekoek, want sommige Caribische bestuurders en politici denken al naar gelang ze dat beter uitkomt net zo koloniaal als mevrouw Simons. Autonomie betekent in hun opvatting vooral de vrije hand hebben (van Nederland geleend) geld uit te geven en al het andere wat niet leuk is of geld kost tot koninkrijksaangelegenheid te verheffen. Dus wel zo makkelijk als anderen hun werk uit handen nemen waarvoor zij betaald worden, maar te beroerd voor zijn.
De motie werd mede ondertekend door de Partij voor de Dieren (die opkomt voor dieren die niet voor zichzelf kunnen opkomen), GroenLinks (dat op alles aanslaat wat met klimaat te maken heeft) en éénpitter Den Haan (de speekbuis van onmondige bejaarden). Bij de stemming kwam er ook nog steun van clubjes – Partij van de Arbeid, DENK en Volt – die zelden of nooit acte de présence geven bij vergaderingen van de Kamercommissie voor Koninkrijksrelaties. Ruim te weinig om de motie aangenomen te krijgen. Zelfbenoemde verbinder Simons (geen partij waar de top elkaar zo naar het leven staat als BIJ1) zal er de conclusie uit trekken dat de Kamer bevolkt wordt door 120 klimaatracisten.
Tussen (): de zeespiegelstijging maakt geen onderscheid tussen gebieden die ooit kolonie of kolonisator waren. Ze, nee: we zijn op elkaar aangewezen om het hoofd boven water te houden.
Kadushi is het buitenbeentje van DossierKoninkrijksrelaties.nl: een stekelige rubriek die soms wel eens ‘au’ kan doen.