Den Haag – De commissie voor Binnenlandse Zaken houdt vandaag een derde rondetafelgesprek over het Nederlandse slavernijverleden met bijzondere gasten als burgemeester Aboutaleb en DNB-president Knot.
Programma
14.00-15.30 uur: steden (provincie) in het land – excuses in de praktijk: ervaringen en effecten
Ahmed Aboutaleb, burgemeester Rotterdam
Sharon Dijksma, burgemeester Utrecht
Harald Bergmann, burgemeester Middelburg
Arthur Van Dijk, commissaris van de Koning provincie Noord-Holland
15.45-17.15 uur: banken en internationaal perspectief
Robert Swaak, Voorzitter Raad van Bestuur ABN AMRO
Klaas Knot, Voorzitter Raad van Bestuur DNB
Eva Bezem, mensenrechtenadvocaat Prakken d’Oliveira Human Rights Lawyers
Freek Ossel, zelfstandig bestuursadviseur voor diversiteit en inclusie
De commissieleden brachten in augustus een werkbezoek aan Curaçao, Bonaire en Suriname. Het rondetafelgesprek van vandaag is live te volgen via de website van de Tweede Kamer.
Ter voorbereiding heeft burgemeester Aboutaleb een position paper ingestuurd:
1 Inleiding
Rotterdam wordt geroemd om haar culturele diversiteit. We zetten in op een kansrijke toekomst voor iedereen, waarin de diversiteit van onze stad een kracht is. Daarbij moeten we ook terugkijken. Daarom investeert de gemeente in kennis, bewustwording en zichtbaarheid van het koloniale en slavernijverleden van onze stad. We maken inzichtelijk en grijpbaar hoe dit verleden tot op de dag van vandaag z’n sporen nalaat in de samenleving. Hoe meer we bewust worden van ons gezamenlijk verleden, hoe beter we de toekomst kunnen maken.
De waarde van een inclusieve en veerkrachtige samenleving is groot. Een samenleving waarin iedereen gelijkwaardige kansen heeft om bestaanszekerheid op te bouwen, dromen na te jagen en talenten te benutten en waar we naar elkaar omkijken. Gelijke behandeling is het uitgangspunt van ons college. Discriminatie en racisme werken als krachtige uitsluiters en ondermijnen onze norm van gelijkheid. In onze stad is geen ruimte voor discriminatie, racisme of welke vorm van uitsluiting dan ook.
2 Algemeen: excuses Rotterdam
In 2017 besloot de gemeenteraad van Rotterdam om het koloniale en slavernijverleden van de stad diepgaand te onderzoeken. In 2020 bood het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde (KITLV) de uitkomsten van dit onderzoek aan in de vorm van drie boeken. Hieruit bleek onder andere hoezeer Rotterdamse stadsbesturen vanaf het jaar 1600 diep vervlochten waren met de koloniale handel en slavernij. Bestuurders hebben, niet alleen als privépersonen, maar ook als bestuursorgaan (vroedschappen) kolonialisme en slavernij (financieel) ondersteund in Rotterdam.
Op 10 december 2021 – de Internationale Dag van de Rechten van de Mens – bood het college B en W van Rotterdam excuses aan voor de rol en betrokkenheid van diens rechtsvoorgangers. Deze excuses kenden een ruime aanloop. Rotterdammers, de gemeenteraad, wetenschappers, de culturele sector en relevante (lokale) organisaties zijn betrokken. Het proces kenmerkt zich door openheid en een constructieve houding, maar ook emotie en het besef dat er nog een lange weg te gaan is. De excuses waren gericht aan hen: Rotterdammers van nu, nazaten van tot slaafgemaakten en koloniaal onderdrukten, van het Caribisch gebied en Afrika tot aan voormalig Nederlands-Indië.
De excuses zijn geen sluitstuk, maar juist het startpunt voor concrete en gerichte acties. Het doel van de Rotterdamse inzet is een gezamenlijke toekomst, waarin ruimte is voor erkenning en heling van (historisch) onrecht, pijn en leed; waarin we oog hebben voor de systematische gevolgen en doorwerking van het verleden in onze huidige samenleving. Deze negatieve gevolgen bestrijden we; en waarin we ons inspannen voor sociale gelijkwaardigheid en discriminatiebestrijding.
Na Black Lives Matter en het excuus verdubbelde Rotterdam zijn inzet op discriminatie-bestrijding, wordt er meer ingezet op inclusief werkgeverschap en is het Stadsprogramma over het Koloniaal en Slavernijverleden gestart. Het Stadsprogramma heeft ten doel de bewustwording, zichtbaarheid en kennis over dit onderwerp in onze stad, in het onderwijs en in de culturele sector te vergroten. Rotterdam heeft hiervoor ruim €4 miljoen uitgetrokken. Dit geld moet ten goede komen aan Rotterdamse initiatieven die hier zélf al jaren mee aan de slag zijn of willen gaan en hun culturele wortels in dit verleden hebben. Het Stadsprogramma beoogt impact op de langere termijn, samen met de stad en organisaties die op eigen kracht met het koloniaal en slavernijverleden aan de slag kunnen blijven.
Enkele voorbeelden:
- De succesvolle subsidieregeling van 2022 zetten we in 2023 door en willen we meer initiatieven ondersteunen. Zowel van grote als kleine initiatieven.
- De collegereeks ‘History Matters’ van Stichting Gedeeld Verleden, Gezamenlijke Toekomst. Een educatieve collegereeks waarbij dialoog, kennis en erkenning centraal heeft gestaan, terug te zien op www.historymatters010.nl.
- Onderwijs: inzet op gevarieerder lesaanbod voor scholen over het koloniale en slavernijverleden middels een menukaart, Augmented Reality, Virtual Reality films en een verhalenproject met het Rotterdamse Verhalenhuis Belvedère.
- Platform SABI: Dit Afro-Rotterdamse netwerk bundelt kennis, kunde en krachten voor de versterking van de Afro-Rotterdamse gemeenschappen. SABI wil een brug slaan tussen de gemeenschappen en de overheid, de cultuursector en het onderwijs.
De Staat der Nederlanden was verantwoordelijk voor het stelsel. De rol van het Rijk in dit vraagstuk is dan ook onmisbaar, Het Rotterdamse college roept het Rijk op tot:
- Staatsexcuses op 1 juli 2023, 160 jaar na wettelijke afschaffing van slavernij in Suriname en op de Nederlandse Antillen, beter gezegd 150 jaar na afschaffing omdat men 10 jaar verplicht moest blijven werken. Met erkenning van het feit dat tot slaafgemaakten vervolgens werden vervangen door Javaanse en Hindoestaanse ‘contractarbeiders’.
- Deze excuses krijgen waarde en gewicht wanneer duurzaam en blijvend geïnvesteerd wordt op dit onderwerp, racismebestrijding, (moderne) slavernij, mensenhandel, kinderarbeid, gedwongen prostitutie en uitbuiting.
- Rotterdam pleit ervoor om van Keti Koti een nationale (vrije) herdenkings-/feestdag te maken, om ons gedeeld verleden en onze kleurrijke toekomst te vieren.
We hebben een collectieve verantwoordelijkheid goed om te gaan met dit verleden en ervan te leren. We hebben de hoop dat we de geschiedenis samen kunnen omarmen, (h)erkennen en een plek kunnen geven in ons collectieve geheugen.