Caribisch Nederland blijft voor Den Haag een ‘apart geval’

Den Haag – Ook een gelijkwaardige behandeling bij de systematiek om het sociaal minimum voor Caribisch Nederland te berekenen is te veel gevraagd.

Minister Schouten (Armoedebeleid) voelt er niets voor de BES-eilanden mee te nemen in een onderzoek naar de beste methode om de hoogte van het sociaal minimum te bepalen. “Voor Caribisch Nederland kiest het kabinet voor een separaat traject”, aldus de bewindsvrouw die hoog opgeeft van de prestaties van het kabinet de armoede op de eilanden te bestrijden.

Dat blijkt uit het antwoord van Schouten op schriftelijke vragen van Tweede Kamerlid Jorien Wuite:

Vraag 1

Bent u bekend met het principe van ‘comply or explain’, dat sinds het aantreden van het huidige kabinet dient te worden toegepast op de bijzondere gemeenten Bonaire, Sint-Eustatius en Saba?

Antwoord 1

Ja, ik ben bekend met het principe. Ik vind het belangrijk dat Caribisch Nederland in principe meeloopt met nieuw beleid en wijzigingen van staand beleid in Europees Nederland. ‘Comply or explain’ is dan ook uitgangspunt voor besluitvorming binnen het gehele kabinet.

Vraag 2

Kunt u bevestigen dat de reikwijdte van het onderzoek naar de hoogte en de systematiek van het sociaal minimum dat wordt uitgevoerd door de Commissie Sociaal Minimum ook betrekking heeft op Bonaire, Sint-Eustatius en Saba?  Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2

In het coalitieakkoord is afgesproken dat het kabinet iedere vier jaar het sociaal minimum herijkt om vast te stellen of dit niveau toereikend is om van te leven en mee te doen in de samenleving. Dat voornemen geldt vanzelfsprekend ook voor Caribisch Nederland (‘comply’). Het kabinet zal de Commissie Sociaal Minimum echter niet de opdracht meegeven om naast het sociaal minimum in Europees Nederland ook het sociaal minimum in Caribisch Nederland mee te nemen in haar rapport. Voor Caribisch Nederland kiest het kabinet voor een separaat traject (‘explain’).

Het kabinet werkt momenteel hard aan het verbeteren van bestaanszekerheid in Caribisch Nederland, met als doel om het in 2019  voor Caribisch Nederland bepaalde ijkpunt voor een sociaal minimum, dat een concreet streefniveau per eiland behelst, daadwerkelijk te kunnen realiseren. Richtinggevend daarvoor is het in 2018 door Regioplan verrichte onafhankelijke onderzoek naar de kosten van levensonderhoud, waarbij is gekeken om op basis van objectiveerbare gegevens tot een sociaal minimum te komen. Om het ijkpunt voor het sociaal minimum in Caribisch Nederland te realiseren, is een groeipad met maatregelen uitgestippeld, waar u recentelijk door de staatsecretaris van

Koninkrijksrelaties en Digitalisering op hoofdlijnen over bent geïnformeerd in de uitwerking van de hoofdlijnenbrief Koninkrijksrelaties.  U wordt in september in de voortgangsrapportage ijkpunt sociaal minimum Caribisch Nederland nader door mij geïnformeerd over de verdere uitwerking van deze maatregelen en het daar bijbehorende tijdspad. Daarop vooruitlopend kan ik u alvast melden dat aan de inkomenskant wordt beoogd om de benodigde stappen te zetten om het ijkpunt te realiseren per 1 januari 2025. Dit is als het gaat over het wettelijk minimumloon wel mede afhankelijk van de stappen die in de huidige omstandigheden redelijkerwijs van werkgevers kunnen worden gevergd en de daarmee samenhangende arbeidsmarkteffecten. Parallel wordt, eveneens richting 2025, gewerkt aan het verlagen van de kosten van levensonderhoud. Voor deze maatregelen stelt het kabinet structureel middelen beschikbaar via de zogenaamde “CN-envelop” en vanuit middelen van de eigen begrotingen van de diverse departementen. Het pakket aan maatregelen betekent een forse versnelling ten opzichte van voorgaande jaren.

In plaats van het meenemen van Caribisch Nederland in het herijkingstraject dat het komende jaar voor Europees Nederland in gang wordt gezet, kies ik voor een eigen herijkingstraject voor Caribisch Nederland.

Het sociaal minimum bevindt zich voor Caribisch Nederland, anders dan in Europees Nederland het geval is, nog in de realisatiefase. Het ligt voor de hand om het moment van herijken af te stemmen op het lopende traject richting het realiseren van het vastgestelde niveau van het ijkpunt sociaal minimum. De hoogte van de inkomens en de kosten van levensonderhoud zijn als gevolg van het ingezette beleid in Caribisch Nederland nog volop in beweging tot 2025. Het is wel van belang om op dat moment, via daaraan voorafgaande herijking, al een beeld te hebben over het eventueel wenselijk geachte vervolg, zowel qua systematiek als qua hoogte. Daarom wil ik in 2024 separaat onderzoek laten uitvoeren naar het sociaal minimum in Caribisch Nederland waarbij rekening wordt gehouden met de context van Caribisch Nederland zodat in de tweede helft van 2024 de onderzoeksresultaten bekend zijn.

Ondertussen houd ik uiteraard vinger aan de pols. Om ervoor te zorgen dat het ijkpunt sociaal minimum op de kosten van levensonderhoud blijft aansluiten, beweegt het ijkpunt – evenals het wettelijk minimumloon en de minimumuitkeringen – jaarlijks mee met de prijsontwikkelingen in Caribisch Nederland door de diverse kostenposten waaruit het ijkpunt is samengesteld (per eiland) te indexeren aan de hand van de consumentenprijsindexcijfers. Tegelijkertijd realiseer ik me dat door de fors gestegen energie– en voedselprijzen bestaanszekerheid van een groeiende groep mensen onder steeds grotere druk staat. Daarom heeft het kabinet ook voor Caribisch Nederland maatregelen getroffen door de accijnzen op benzine te verlagen en een eenmalige tegemoetkoming mogelijk te maken in de energielasten voor huishoudens met een laag inkomen. Mocht het kabinet overgaan tot aanvullende koopkrachtmaatregelen voor Europees Nederland, dan zal ook Caribisch Nederland middels ‘comply or explain’ uiteraard in de maatregelen worden meegenomen.

Vraag 3

Bent u voornemens om Bonaire, Sint-Eustatius en Saba alsnog toe te voegen aan de onderzoeksopdracht van de commissie indien zij op dit moment geen deel uitmaken van de opdracht? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3

Zoals in het antwoord op vraag 2 toegelicht, kies ik namens het kabinet voor het herijken van het sociaal minimum van Caribisch Nederland voor een apart traject. Dat biedt de beste garantie dat het herijken van het sociaal minimum voor Caribisch Nederland goed uit de verf kan komen doordat de focus heel specifiek op de bijzondere situatie van Bonaire, Sint Eustatius en Saba kan worden gericht. Voor zover lessen uit de aanpak van de Commissie voor de aanpak van de herijking van het sociaal minimum Caribisch Nederland bruikbaar zijn, zal hier vanzelfsprekend aandacht aan worden besteed. In die zin heeft het vooroplopen van de herijking van het sociaal minimum Europees Nederland ook voordelen. 

error: Deze inhoud mag niet gekopieerd worden.