Bonaire

COLUMN – Level playing field

De week was amper begonnen en het onderwerp voor deze column drong zich al op. De bijzondere gemeente Bonaire maakte glimmend van trots wereldkundig een strategische samenwerking te zijn aangegaan met PSV. Het werd gepresenteerd als een win-win-deal: PSV gaat het voetbal op het eiland naar een hoger plan tillen en opent bovendien de deur naar de High Tech Campus Eindhoven, terwijl het zich als tegenprestatie via Bonaire nadrukkelijker denkt te kunnen profileren in Noord-, Midden- en Zuid-Amerika.

De vrijage met PSV schreeuwt om een verbale strafschop, want hoe provinciaals de miljonairsclub ook is, die is toch echt een paar divisies te hoog voor een nietig stipje in de Caribische Zee waarvan de bevolking met gemak twee keer in het stadion past. Texelse Boys lijkt als strategisch partner een betere match. Daar hebben ze evenveel schapen als Bonaire geiten. Alleen doen ze er daar iets nuttigs mee dat bijdraagt aan de – ook door Bonaire gewenste – diversificatie van de economie. Maar goed, voor bestuurders is het natuurlijk met verkiezingen in aantocht aantrekkelijker een selfie met oranjesterren te maken dan met een blatend schaap.

Dinsdag verlegde het spel zich naar het Interparlementair Koninkrijksoverleg. Om in de sfeer te blijven: De wedstrijd was nog niet begonnen of Caribische Statenleden voerden de ene na de andere tackle op Haagse benen uit. De schuld voor het falend bestuur op Curaçao, Aruba en Sint Maarten werd zonder gêne op het bordje van Nederland gelegd. Curaçaos Statenvoorzitter Charetti America is zelfs de mening toegedaan dat haar haardracht door de kolonisator is opgelegd.

Meteen al bij de opening van het voor de burger nooit iets opleverende IpKo was duidelijk waarvoor de Statendelegaties (Sint Maarten zelfs met 9 m/v/x, want zo veel fracties telt het parlement van 15) naar Nederland zijn gekomen: hopi, hopi plaka. Toch knap om gelijk(waardig)heid te eisen en tegelijkertijd in de slachtofferrol te kruipen omdat Nederland zo hardvochtig is te weigeren de mede door spilzucht ontstane Caribische overheidsschulden kwijt te schelden. Over koloniaal denken gesproken.

Een van agendapunten was het democratisch deficit: er is wel een koninkrijksregering, maar geen koninkrijksparlement dat haar controleert. Er wordt al enkele decennia over gekbibbeld en een commissie van zeer wijzen heeft jaren geleden alweer zelfs enkele voor het inkoppen voorzetten gegeven, maar die waren niet aan de parlementaire voorhoedes uit de West besteed. Het oude wijn in nieuwe zakken-kabinet Rutte heeft bij zijn aantreden beloofd met ideeën te komen om het democratisch gat te dichten of in elk geval te verkleinen.

Gaat niks van komen, want er is een veel groter deficit in het Koninkrijk en dat is het onoverbrugbare niveauverschil in kennis, ervaring en professionaliteit tussen bestuurders en parlementariërs aan beide zijden van de plas. Dat is een feitelijke constatering en zeker niet bedoeld als diskwalificatie van Caribische politici. Want het maakt nogal uit of je opgroeit en carrière maakt op een eiland met alle beperkingen die kleinschaligheid met zich meebrengt. En politici bovendien liever family & friends als ondersteuners inhuren dan professionals. Misschien is het ‘klasseverschil’ wel de echte bron van het wederzijds diepgewortelde wantrouwen en niet het koloniale verleden…

Neem nu de geachte afgevaardigde uit Aruba die de schuld van alles wat in haar (autonome) land mis is aan Nederland geeft. Na haar tirade kreeg ze de simpele vraag: “En welke initiatieven hebben jullie als Staten genomen om daarin verandering te brengen?” Het antwoord was – uiteraard – “geen enkele”. Een Curaçaos Statenlid deed zijn beklag dat Nederland niet instemt met het afbouwen van de salariskorting in de publieke sector zolang de (exorbitante) topinkomens bij de overheidsnv’s niet ingeperkt zijn. Op de wedervraag “Als u graag snel van de salariskorting afwil, waarom doet u er dan zo lang over de topinkomens te normeren?” bleef het oorverdovend stil.

Ook de woordvoerder van Sint Maarten mikte de bal met precisie in eigen doel met zijn betoog over het gebrek aan liefde van het moederland zoals Frankrijk die wel heeft voor zijn voormalige koloniën. “U kunt toch net als de Franse eilanden kiezen voor volledige integratie?” werd de bal teruggekaatst. Die keuze gaat door geen van de landen gemaakt worden, want dat zou in het belang van de bevolking zijn en niet van (veel) lokale politici. Dus zal het IpKo voorlopig even vermakelijk als tenenkrommend blijven. En zullen de ontmoetingen tussen de landen gekenmerkt worden door spelbederf.

Zoals altijd keren de Statenleden ook nu weer met lege handen en volle koffers inkopen terug naar huis.

Kadushi is het buitenbeentje van DossierKoninkrijksrelaties.nl: een stekelige rubriek die soms wel eens ‘au’ kan doen.

error: Deze inhoud mag niet gekopieerd worden.