Den Haag – Het kabinet trekt ook de portemonnee om de sterk stijgende prijzen van boodschappen en energie voor de inwoners van Bonaire, Sint Eustatius en Saba te verlichten. Aldus een belofte in de vandaag door koning Willem-Alexander uitgesproken troonrede.
“Uiteraard steunt het kabinet de inwoners van Caribisch Nederland op Bonaire, Sint Eustatius en Saba, die ook te maken hebben met stijgende prijzen”, aldus de koning. Er was nog een passage over het Caribisch deel van het Koninkrijk:
“Begin dit jaar startte het kabinet met een ambitieuze toekomstagenda voor 2030 en daarna – in de overtuiging dat volgende generaties, net als wij, een goed leven moeten kunnen leiden in een schoon en veilig land met kansen voor iedereen. Dat perspectief moet er zijn voor mensen van elke geloofsovertuiging, geaardheid, leeftijd, herkomst, opleiding of beroep. Voor inwoners van stad én platteland. Hier én in Caribisch Nederland, in samenwerking met Aruba, Curaçao en Sint Maarten.”
De troonrede nam ook een voorschot op de excuses voor de Nederlandse rol in de slavernij die het kabinet later dit jaar naar alle waarschijnlijkheid zal aankondigen:
“In een samenleving waarin geen plaats is voor racisme en discriminatie, en waarin iedereen zich gehoord en erkend voelt, is een open blik nodig op de minder mooie bladzijden uit onze geschiedenis. Niet om met opvattingen van nu te oordelen over onze voorouders, wel met oog en gevoel voor wat onze geschiedenis betekent voor verschillende groepen en culturen die deel uitmaken van onze samenleving. Dat geldt nadrukkelijk voor het hele Koninkrijk en voor alle landen waarmee wij vanwege de geschiedenis een speciale band hebben. Door het gesprek over het verleden te voeren, wil de regering bijdragen aan noodzakelijke erkenning en de verbinding tussen mensen. Hoe moeilijk en emotioneel dat gesprek soms ook is, onze blik op het verleden kan niet statisch zijn. Eerder al sprak de regering zich uit over het optreden van de Nederlandse overheid tijdens de Jodenvervolging en het extreme geweld van Nederlandse zijde tijdens de dekolonisatieperiode in Indonesië. Op weg naar de herdenking van 150 jaar afschaffing van de slavernij in 2023 is er opnieuw aanleiding onszelf rekenschap te geven van ook dit deel van onze geschiedenis.”