Ze werden verguisd, verketterd en zelfs gehaat. Omdat ze er (al in 2014!) voor waarschuwden dat het nog piepjonge land Curaçao zich wel eens een hernia kon tillen aan het nieuwe ziekenhuis dat toen nog Hospital Nobo Otrobanda heette. ‘Ze’ zijn de oud-Tweede Kamerleden André Bosman (VVD) en Ronald van Raak (SP). Nee, populair maakten zij zich niet met hun twijfels over de financiële haalbaarheid van de plannen. Want nergens in het Koninkrijk is er zo weinig waardering voor pijnlijke waarheden als op Curaçao.
Het later tot Curaçao Medical Center omgedoopte ziekenhuis (zo’n gewichtige naam past immers beter bij de salarissen van het management) is op sterven na dood. Eigenlijk had het al voor de opening geen kans zonder vergaande ingrepen te overleven. De bouwkosten vielen onder meer door vage afspraken en gebrekkig toezicht (what’s new?) 50% hoger uit. Dat werd in Willemstad niet als een probleem ervaren, want Nederland financierde het project tegen een zeer gunstige rente.
Bosman en Van Raak (wat wordt hun scherpte gemist in het bij tijd en wijle wel heel erg naïeve Den Haag) wezen kampioen wegkijken Plasterk er in debatten en via schriftelijke vragen tot vervelens toe op dat een ziekenhuis uit meer bestaat dan een mooi gebouw. Slecht financieel management en dito zorg verplaatsen van een in vervallen staat verkerend Sehos naar een state of the art gebouw zou het verziekte zorgstelsel niet ineens gezond maken, benadrukten zij. Op hun aandringen keek het College financieel toezicht naar de businesscase, maar het kritische oog van dat orgaan biedt bepaald geen garantie op succes.
En dus gierden niet alleen de bouwkosten uit de klauw, ook de exploitatie is zo lek als een vergiet. Sinds 2019 is het tekort opgelopen tot bijna 150 miljoen gulden. Komt omdat de overheid te weinig budget beschikbaar stelt, beweerde de CMC-directie die uit Forti het verwijt retour kreeg niet kostenefficiënt te werken. Nederland zag de bui al hangen: als het echt fout gaat, mag Den Haag de portemonnee trekken, want zo wordt “steunend op eigen kracht elkander tot steun doch met de wil elkander bij te staan” in de praktijk gebracht.
Om dat voor te zijn bood het ministerie van VWS aan de Nederlandse Zorgautoriteit onderzoek te laten doen naar de op Curaçao gehanteerde kosten- en vergoedingensystematiek. Diens conclusie dat de wijze waarop de zorg wordt gefinancierd niet deugt, was voorspelbaar. Maar dat moet je, zeker als Makamba, niet zomaar in een rapport opschrijven. Dan heb je geen idee van het fenomeen van de uitschuifbare tenen waarmee bestuurders en politici op de eilanden zich van normale mensen onderscheiden.
Op last van de CMC-directie verwijderde de NZa te onthullende tabellen uit het rapport en werden nog eens 130 regels onleesbaar gemaakt. Van deze versie nam de NZa bij de aanbieding van het rapport logischerwijs onmiddellijk afstand. Dat werd de organisatie evenmin in dank afgenomen, want dat was toch echt te transparant in een bestuurscultuur waar een taboe rust op het spreken over misstanden.
De niet om zijn diplomatieke gaven bekendstaande minister van Financiën Javier Silvania haalde op Facebook hard uit. “Minfin” (want zo spreekt de hofnar van Pik’s rariteitenkabinet over zichzelf) “dacht dat de Nederlandse Zorgautoriteit NZA onafhankelijk en onpartijdig is. Zo te zien niet. Minfin is benieuwd naar de reactie van mevrouw Abigail Norville plaatsvervangend secretaris generaal bij het Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport die zich sterk heeft gemaakt dat NZA het onderzoek bij CMC verricht.”
Norville voelde zich kennelijk geroepen het voor de NZa op te nemen door, voor een topambtenaar hoogst ongebruikelijk, de minfin een koekje van eigen deeg te geven: “Javier Silvania, is dit hoe Curacao het wilt doen? Een uitnodiging van mijn kant aan uw collega minister om uit te leggen wat er in het rapport staat en hoe zaken zijn gegaan waarop NIET wordt ingegaan? En dan de krant opzoeken zonder enige hoor of wederhoor? Wat u ook van het rapport vindt dat ontslaat u en uw collega’s niet van de verantwoordelijkheid om te zorgen voor oplossingen om de gezondheidszorg op Curacao en het ziekenhuis in het bijzonder naar een hoger plan te tillen. Daar zijn u en uw collega’s voor gekozen, not I. Stop u energie daarin in plaats van het gooien met modder. Ik wens u daarmee oprecht veel wijsheid en succes. Dit is mijn enige en laatste reactie op dit alles. Punt.”
Daag notoire ruziezoeker Silvania niet uit, want diens stoppen staan voortdurend op doorslaan: “Abigail Norville. Het is onbehoorlijk van uw kant om een rapport op te sturen waarbij essentiële delen zijn weggelakt. Een uitnodiging om een en ander uit te leggen maakt het niet goed. Zo’n onprofessionele werkwijze had ik nooit en nimmer verwacht van de Nederlandse Zorgautoriteit. Ik betreur dat ik op uw instigatie mijn collega Janga (de minister van Geen Volksgezondheid; K) zover heeft gekregen om Nza de opdracht geven om onderzoek te verrichten bij CMC. Nu hebben wij een rapport gekregen waarmee wij niks mee kunnen doen. Uw onderzoekers hebben hun snoepreis gekregen en hebben partij gekozen, namelijk voor CMC. De bevolking van Curacao bleef in de kou staan. Shame on you.”
Uiteraard kreeg Silvania bijval van de MFK-aanhang die – hoe verrassend – er het kolonialisme en de slavernij bij haalden. SG Norville zal op het ministerie ongetwijfeld te horen hebben gekregen dat het niet verstandig was de bal (in het openbaar) terug te kaatsen. Kadushi heeft echter alle begrip voor haar reactie. Hoe vaak hebben te hulp geroepen experts niet al eenzelfde koude Caribische douche over zich heen gekregen van volstrekt incompetente eilandbestuurders die geen enkel oog hebben voor het algemeen belang. Zoals het gezond maken van de zorg.
Kadushi is het buitenbeentje van DossierKoninkrijksrelaties.nl: een stekelige rubriek die soms wel eens ‘au’ kan doen.