Bonaire

COLUMN – Slechte ruil

Het Caribisch deel van het Koninkrijk is de afgelopen weken weer een stuk dommer geworden. De jaarlijkse trek van enkele honderden jongeren naar Europees Nederland voor een vervolgstudie wordt niet voor niets braindrain genoemd. Het gaat immers om de spreekwoordelijke neusjes van de zalm: high potentials die dankzij een gezond stel hersens de middelbare school goed zijn doorgekomen èn zo ambitieus zijn dat ze hun leven ver van huis en airco voortzetten, in een vreemd, bepaald niet gastvrij land met een klimaat dat doorgaans even chagrijnig is als het humeur van de meeste inwoners.

Hoewel de bursalen zich bij het van de tranen kletsnatte afscheid van familie heilig voornemen na de studie naar hun geboorte-eiland terug te keren, blijven acht op de tien hangen. Niet omdat het steeds verder polariserende Nederland zo’n gaaf land is, maar de salarissen en secundaire arbeidsvoorwaarden er veel hoger zijn. Zelfs van het minimumloon kun je – zij het krap – rondkomen. Op de eilanden lukt dat in de verste verten niet. Mede daarom blijven ook degenen die hun studie niet afmaken (een ruime meerderheid) in Nederland, ondanks dat er zo veel Makamba’s wonen.

Er zijn meer redenen: terugkeerders krijgen ongevraagd de titel ing toebedeeld. Dat staat voor in Nederland geweest en betekent dat werkgevers je niet zien zitten, want eigenwijs en mondig. Stel je eens voor dat je slimmer bent dan de baas… Het verklaart waarom vanuit Nederland gestuurde sollicitatiebrieven slechts zelden worden beantwoord. Ook potentiële collega’s vrezen concurrentie, omdat ze bang zijn het af te leggen tegen de Bounty met zijn/haar in Nederland opgedane kennis en ervaring.

Als de eilanden jaar in, jaar uit de toppers van elke generatie verliezen, kan het niet anders dan dat het negatieve gevolgen heeft voor het gemiddelde IQ van de achterblijvende gemeenschap. Een effect dat nog eens wordt versterkt door de instroom van Europese Nederlanders. Kadushi mag ze uiteraard niet over een kam scheren, want er bestaan nogal wat soorten, maar ze worden lang niet allemaal – ongeacht de rijkdom van sommigen – enorm om hun briljante brein gemist in hun vaderland.

Een veel voorkomend type is die na in eigen land mislukt te zijn voor een herkansing naar een bestemming vertrekt waarvan hij (het zijn altijd mannen) denkt dat de lat er lager ligt. Ontslagen en/of gescheiden wegens zowel als werknemer als echtgenoot ondermaats presteren, dikwijls achtervolgd door een veroordeling voor fraude of een berg schulden. Met een gepimpte cv en een glad praatje schoppen ze het verrassend ver bij werkgevers èn met siliconen bijgevulde Venezolaanse dames. Totdat de zeepbel wordt doorgeprikt, maar dan is de schade al aangericht.

Dan heb je het type dat aan het Moeder Teresa-syndroom lijdt, de onbaatzuchtige hulpverlener die al dan niet uit schuldgevoel dan wel zelfoverschatting de onbedwingbare neiging heeft hulp op te dringen, ook als die helemaal niet nodig is. Kennelijk gedreven door een knagend geweten komen ze de natuur of zielige hondjes redden. Hun betweterigheid gaat dikwijls gepaard met zo’n dik bord voor hun kop dat ze uiteindelijk boos afdruipen, de vermeende hulpbehoevenden ondankbaarheid verwijtend.

Er zijn ook Makamba’s die door hun werkgever worden uitgezonden. Meestal is dat voor een beperkt aantal jaren, dus van inburgeren komt weinig terecht. De eilanden hebben er weinig last van. Ze komen louter en alleen hun job doen en in de weekenden bij te kleuren op de beach. Dat is overigens geen garantie voor persoonlijk succes. De verleiding van makkelijk verkrijgbare, schappelijk geprijsde snuiverijen of een Dominicaanse serveerster ligt voortdurend op de loer.

Wat te denken van de financiële vluchtelingen? Ze klagen over de belastingdruk in Nederland, terwijl hun zakken al zo diep zijn gevuld dat zelfs een torenhoge rijkeluistax geen deuk in hun al dan niet deels zwarte vermogen kan slaan. De eilanden lijken er economisch wel bij te varen, want ze laten het doorgaans (opzichtig) breed hangen. Maar ze drijven ook de prijzen op de huizenmarkt en in de supermarkten op en zijn niet te beroerd met steekpenningen te strooien om hun zin te krijgen.

Een andere categorie is die van de besmetten. Ze komen voor een vakantie of een korte opdracht naar de eilanden en lopen al bij het afdalen van de vliegtuigtrap het Cariben-virus op. Het voelt alsof ze er eerder zijn geweest en eenmaal thuis willen ze zo snel mogelijk terug en nog eens terug totdat ze zich in het tropisch paradijs kunnen vestigen. Dit type redt zich vaak goed, maar ook zij kunnen niet voorkomen dat het migratiesaldo tussen het Caribisch en het overzeese deel van het Koninkrijk qua IQ nadelig uitvalt voor de eilanden.

Kadushi is het buitenbeentje van DossierKoninkrijksrelaties.nl: een stekelige rubriek die soms wel eens ‘au’ kan doen.

error: Deze inhoud mag niet gekopieerd worden.