Kijkt u ook zo uit naar het congres ‘Communicatie Kracht van het Koninkrijk’ dat op 1 en 2 september in opdracht van de Rijksoverheid in het Caribisch deel van het Koninkrijk (zou daarmee de Rijksministerraad worden bedoeld of is de Coho-club zwart aan het bijklussen?) op Curaçao wordt gehouden? Het congres richt zich op communicatieprofessionals van de overheden en semi-overheidsorganisaties van de zes eilanden, Europees Nederland en Suriname, dat na de aflossing van de oude door een nieuwe generatie corrupte bestuurders door Den Haag in de armen is gesloten.
Het doel van het congres, zo schrijft de organisatie, is het “bevorderen van verbinding, kennisoverdracht en samenwerking”. Het wordt voor de derde keer gehouden, vermoedelijk omdat de eerste twee weinig hebben geholpen, gezien het toenemend aantal aanvaringen tussen media en communicatieprofessionals van de overheden in het Caribisch deel van het Koninkrijk.
Dat in 2004 premier Mirna Godett Amigoe-journalist Marjo Nederlof de toegang tot haar persconferenties ontzegde nadat de verslaggeefster het had gewaagd een kritische vraag te stellen, kon nog worden afgedaan als een incident. Bovendien: die arme Mirna kon er ook niks aan doen dat zij als gesjeesde leerlinge van de huishoudschool minister-president was geworden als strovrouw voor haar broer Anthony die vanwege een veroordeling voor ambtelijke corruptie geen schijn van kans had door de screening te komen.
Maar zoals journalisten in de Cariben het afgelopen jaar zijn gedwarsboomd, kun je niet meer afdoen als cabareteske uitglijders. De regering van Aruba greep de lockdown tijdens corona aan om prikgrage persmuskieten van de straat te verbannen, NOS-correspondent Dick Drayer werd tijdens een persconferentie van premier Gilmar ‘Pik’ Pisas door een communicatieprofessional van de Curaçaose overheid verboden een vraag te stellen. Met rugdekking van diezelfde Pisas schrok de gevolmachtigde ministertje spelende Carls Manuel er niet voor terug een advocaat een intimiderende brief naar blogger Godfried Adem te laten sturen. Hij dreigde met een proces als die niet het honderd procent ware bericht over het aanstellen van family & friends op het Curaçaohuis zou verwijderen.
En onlangs nog kreeg de hoofdredacteur van de Sint Maartense Daily Herald van een minister te horen dat hij verslaggever Jacqueline Hooftman niet meer te woord wil staan. Eveneens op the Friendly Island probeerde het kabinet Jacobs met een accreditatieregeling het niet regeringsgezinde deel van het journaille buitenspel te zetten.
Het vreemde is dat bewindslieden kennelijk minder moeite hebben met journalisten die door een slechte voorbereiding of het ontbreken van enig journalistiek talent de meest stompzinnige vragen stellen. Ministers (vaak even ongetalenteerd) grijpen de kans gretig aan om weer tien minuten vol te prietpraten om daarna, als toch nog een scherpe vraag gesteld dreigt te worden, de communicatieprofessional van dienst de persco abrupt te laten afbreken, want de minister moet naar een andere urgente verplichting. Er drie of vier buitenvrouwen en een straatvriendin op nahouden is tenslotte een tijdrovende aangelegenheid.
Gegeven deze voorvallen is het misschien verstandig en nuttig ook eens een congres te organiseren voor politici/bestuurders en directeuren van overheidsnv’s om ze ervan te doordringen hoe groot het maatschappelijk belang van kritische media is. En ze gaan inzien dat voorlichtings- en communicatiefunctionarissen er niet zijn om propaganda te bedrijven door slecht beleid met gladde praatjes aan het volk te verkopen.
Terug naar het congres ‘Communicatie Kracht van het Koninkrijk’. Of er nu een spatie te veel in de titel staat of een komma te weinig: misschien kan de deelnemende communicatiepro’s worden ingeprent dat zij zich niet moeten laten misbruiken door voor hun bazen recht te praten wat krom is. En al helemaal niet om pijnlijke affaires in de doofpot te stoppen zoals eerder dit jaar nog gebeurde nadat een manager een pak slaag kreeg van de bedrogen echtgenoot van de secretaresse met wie hij het op de werkvloer had aangelegd.
Er volgde geen ontslag op grond van grensoverschrijdend gedrag, nee er werd een smoes verzonnen dat de taken van de manager erop zaten. In een persbericht werd hij ook nog eens uitvoerig bedankt voor zijn (in werkelijkheid weinig indrukwekkende) inzet. Dit gevalletje van onder het tapijt schuiven zal wel niet als case aan de orde komen tijdens het congres. Want, zo belooft de uitnodiging: “Op het programma staan interessante (!) sprekers, er is volop ruimte voor interactie (!) tijdens de break out sessies (!) en er is tevens een sociaal (?) programma. Het congres biedt een uitstekende kans om je op de hoogte te stellen van actuele (!) ontwikkelingen en trends op het vakgebied.”
Kadushi gaat zich bijna afvragen of het niet meer een congres is voor marketeers: “Ook is er voldoende gelegenheid om zakelijke (?) contacten te versterken. Een sterk netwerk van communicatie professionals versterkt immers de slagkracht binnen het Koninkrijk.” Drie keer het woord sterk doet vermoeden dat de tekst afkomstig is uit uit de cursus ‘Herhaling is de toverkracht van reclame’. Versterking van de slagkracht is in alle delen van het Koninkrijk – met het door boerenterreur, gelukzoekers en eng rechts geplaagde Nederland voorop – heel hard nodig.
Daarvoor zijn geen sterke communicatieprofessionals nodig, maar bestuurders met ruggengraat die het oprukkend populisme durven te weerstaan.
Kadushi is het buitenbeentje van DossierKoninkrijksrelaties.nl: een stekelige rubriek die soms wel eens ‘au’ kan doen.