Den Haag – De wegen op Bonaire, Sint Eustatius en Saba zijn “primair” de verantwoordelijkheid van de lokale besturen, benadrukt minister Mark Halbers (Infrastructuur en Waterstaat) in antwoord op vragen vanuit de Tweede Kamer om er ten overvloede aan toe te voegen dat er zich geen Rijkswegen bevinden in Caribisch Nederland.
Vraag: Hoe verhoudt de infrastructuur van Caribisch Nederland zich tot die van Europees Nederland en heeft Caribisch Nederland voldoende budget hiervoor?
Antwoord: De belangrijkste infrastructuur in Caribisch Nederland bestaat uit: wegen, zeehavens en luchthavens. De wegen op Bonaire, St. Eustatius en Saba zijn gemeentelijke (respectievelijk eilandelijke) wegen en vallen primair onder de verantwoordelijkheid van de desbetreffende eilandsbesturen net zoals in Nederland de gemeentelijke wegen onder de verantwoordelijkheid van de betreffende gemeente vallen. Er bevinden zich geen Rijkswegen in Caribisch Nederland.
De financiering van eilandelijke kerntaken loopt in beginsel via de vrije uitkering van het BES-fonds. Aanvullend daarop zijn er vanuit het ministerie van IenW enkele specifieke doeluitkeringen verstrekt voor specifieke infrastructurele doelen. Een voorbeeld hiervan is dat sinds 2018 (sinds het regeerakkoord Rutte-III) er €5 miljoen per jaar wordt bijgedragen van het Rijk aan de eilandelijke infrastructuur in Caribisch Nederland.
De luchthavens van Saba en Sint Eustatius zijn onderdeel van de respectievelijke openbaar lichamen. De luchthaven van Bonaire is een naamloze vennootschap met het Openbaar Lichaam Bonaire als enig aandeelhouder. De exploitatie van luchthavens is geen Rijkstaak, ook niet in Europees Nederland. Het Rijk maakt regelgeving om de exploitatie van luchthavens veilig te laten geschieden, en handhaaft deze. In de Caribische context hebben de luchthavens belangrijke functie voor de bereikbaarheid van de eilanden. Het is vanuit die gedachte dat het Rijk incidenteel aan Rijkswaterstaat middelen heeft overgemaakt om infrastructurele investeringen uit te voeren, zodat de luchthavens voldoen aan de veiligheidsregelgeving.
Wat betreft de zeehavens is de minister van IenW systeemverantwoordelijk voor de veilige en vlotte afwikkeling van het scheepvaartverkeer, zoals ook in Europees Nederland. De havens zelf en de exploitatie daarvan valt onder de verantwoordelijkheid van de respectievelijke openbaar lichamen. Incidenteel is er budget vrijgemaakt voor havenverbeteringen (uitgevoerd op Bonaire in 2018) en op Saba en St. Eustatius (richting de aanbesteding respectievelijk verkenning) na de orkanen Irma en Maria in 2017.
Vraag: Hoe verhoudt Europese regel- en normgeving zich tot Caribisch Nederland aangaande infrastructuur, milieuwetgeving en klimaatadaptie?
Antwoord: De thema’s infrastructuur en milieubeleid liggen hoofdzakelijk op het terrein van de openbare lichamen Bonaire, St. Eustatius en Saba zelf en worden uitgewerkt in verordeningen. De Europese kaders als het gaat om de Europese Green Deal (Co2 reductie), de richtlijn overstromingsrisico’s en de kaderichtlijn afvalstoffen gelden niet op Caribisch Nederland. Caribisch Nederland is geen onderdeel van de interne Europese markt. Dit betekent niet dat er geen kader is voor milieu en klimaatadaptatie.
Zo is er: • De Wet vrom BES. • Wet maritiem beheer BES. • De Wet grondslagen ruimtelijke ontwikkelingsplanning BES. • De Wet grondslagen natuurbeheer- en bescherming BES. Zo kent het milieubeleidsplan 2020-2030, welke de Wet vrom BES als grondslag heeft, ook aspecten als het omgaan met klimaatverandering.
Daarnaast biedt de Wet grondslagen ruimtelijke ontwikkelingsplanning BES de openbare lichamen handvatten voor het omgaan met de gevolgen van klimaatverandering en milieu in de ruimtelijke plannen en in de vergunningplicht voor de grotere inrichtingen (waarbij de bedrijven met kleinere milieu-impact onder de vergunningsplicht van de lokale verordening vallen). Het beleid daarvoor vanuit het ministerie wordt in samenwerking met de openbare lichamen ontwikkeld. Het gaat dan om kennis, handhaving en milieuregels voor bedrijven die zijn toegesneden op de situatie in Caribisch Nederland.