In de zondagse estafette-rubriek ‘Bericht uit…’ belichten columnisten uit de Caribische delen van het Koninkrijk bij toerbeurt de kanten van hun eiland waarvan zij vinden dat die de aandacht van alle koninkrijksburgers verdienen. Vandaag komt het bericht uit Bonaire.
Cactus republiek
Door Burney el Hage
Bananenrepubliek heeft als kenmerk dat de politieke situatie in het land instabiel is, het land over veel waardevolle grondstoffen beschikt, dat corruptie de boventoon voert en staatsgrepen met grote regelmaat voorkomen. Een Bananenrepubliek zijn we niet, we voldoen niet aan de kenmerken. Wat wij hier wel hebben, wellicht omdat Bonaire in zekere zin nog in de kinderschoenen van zijn nieuwe staatkundige structuur staat, is “ontbrekende effectieve kaders en regelgeving”. Dit gebrek vertaalt zich in de hedendaagse realiteit naar “zeer”. Een akelige pijn die doet denken aan de duivelse pijn die je voelt als je in een cactusdoorn trapt. En cactussen, die hebben wij hier in overvloed, in verschillende soorten en maten.Je moet dus zeer goed uitkijken waar je loopt. Door het gebrek aan effectieve duidelijke kaders en regelgeving lijkt het er soms op dat we hier door een cactusveld dwalen.
Bonaire kent vele uitdagingen, maar deze week beperk ik mij tot het onderwerp “ruimtelijke ontwikkeling en daaraan gerelateerde vergunningen”. Bonaire zegt nog steeds een milieubewuste en duurzame sociaaleconomische ontwikkeling te ambiëren. Maar daar wordt niet naar gehandeld, in ieder geval niet door middel van effectieve kaders en regelgeving. Een duidelijke en realiseerbare visie, een structuurplan, een daarop gebaseerde algehele herziening van het ruimtelijke ontwikkelingsplan, gebiedsontwikkelingsplan en een omgevingsvergunningstelsel, om maar enkele te noemen, blijven uit of worden niet geactualiseerd.
De journey die de ondernemer/projectontwikkelaar moet maken om een project te realiseren is hier een voorbeeld van. De ondernemer moet als het ware door een soort cactusveld heen trekken om een project van de grond te kunnen krijgen. Het is een stroperig, pijnlijk en arbitrair proces waar je bijna niet onbeschadigd uit komt. Helaas loop je als eiland dan ook kansen mis op het moment dat een ondernemer de handdoek in de ring gooit. Daarbij komt ook nog dat de aanhouder, die de vergunning wel krijgt, niet per se de beste optie voor Bonaire is. Wegens ontbrekende kaders en regelgeving vindt de besluitvorming, zoals al aangegeven, op nogal arbitraire gronden plaats.
De bestuurders worden, zeker nu, bedolven onder vergunningsaanvragen waar zij geen raad mee weten. In de wandelgangen hoor je dat ze aanvoelen dat het “zo” niet verder kan, maar gek genoeg blijven de geëigende (politieke/bestuurlijke) acties vooralsnog uit. In plaats daarvan wordt de besluitvorming ten aanzien van deze projecten in de politieke arena bevochten, als ware een straatgevecht. Het lijkt erop dan onze bestuurders vergeten dat zij het (strategische) eilandsbelang moeten dienen en niet hun korte termijn politiek belang. Het voortbestaan van de regering op het spel zetten of het publiekelijk in discrediet brengen van mensen, waaronder zelfs de gezaghebber is uncalled for en illustreert alleen maar dat de situatie niet meer in de hand is.
Als de ondernemer, met enig geluk een vergunning heeft weten te bemachtigen en het project ten uitvoer gaat brengen, komt het niet zelden voor dat deze zelfde ondernemer vervolgens een organisatie opzet met als doel gelijksoortige projecten in de buurt te boycotten: een ondernemer die na lange tijd een vergunning heeft gekregen voor het openen van een hotel, begint vervolgens een actiegroep om de toename van het aantal hotels op het eiland te dwarsbomen. Het lijkt wel op het wilde westen.
Los van dit alles is het toch raar dat de andere urgente kwesties niet leiden tot dezelfde politieke commotie binnen het Bestuur in Kralendijk. De toenemende armoede, stijgende prijzen (met name van voedsel en energie), rijzende zeespiegel en de gevolgen voor Bonaire, tanende kwaliteit van de telecommunicatie, logistieke uitdagingen, gebrek aan betaalbare woningen, onvoldoende kinderopvang en onveilige wegen, zelfs geen veilige toegangsweg tot de spoedeisende hulp, GEEN EEN veroorzaakt zoveel commotie als het al dan niet verstrekken van een bouwvergunning aan een individueel geval/ondernemer.
Bestuurders lijken onvoldoende in te zien dat zij transparante bestuurlijke kaders en instrumenten moeten scheppen om goed bestuur te kunnen garanderen. Ondertussen breidt Kralendijk zich snel en ongecontroleerd uit met woningen en bedrijfspanden. Filevorming tijdens spitsuren is inmiddels al normaal geworden. Het belang van de bevolking van Bonaire is hier echt niet bij gebaat. Penny wise dollar foolish, zou ik haast zeggen. Toch zijn wij geen bananenrepubliek. Misschien wel een cactus republiek waar je vooralsnog, bij achterwege blijven van de bestuurlijke instrumenten, goed moet uitkijken hoe en waar je loopt. Door het cactusveld van bestuurlijke onduidelijkheden zie je ons Bonaire haast niet meer. Hopelijk is ons eiland niet verdwenen als dit cactusbos ooit wordt gekapt.