‘Gebeten hond’ Rijna tegen media: Eerst de feiten checken, dan schrijven

Kralendijk – Telkens ls de coalitiepartijen MPB en UPB het niet eens kunnen worden, is gezaghebber Edison Rijna de gebeten hond. Hem wordt, als het in het Bestuurscollege tot een stemming komt, verweten mee te stemmen. Sommige media vinden dat de gezaghebber daarmee “partij kiest”.

Een nogal suggestief geformuleerd opinie-artikel waarin de website Bonaire.nu de pijlen op Rijna persoonlijk richt, is voor die laatste reden in de pen te klimmen. De gezaghebber wijst er in zijn weerwoord op dat de wolBES-wet hem verplicht mee te stemmen en dat het hem zelfs niet is toegestaan een blanco stem uit te brengen.

Rijna noemt het “ernstig” dat meerdere media beweringen doen zonder deze op hun juistheid te controleren. “Media hebben de verantwoordelijke taak de democratische rechtstaat te bewaken, niet om deze te ondermijnen. In dit geval wordt het instituut gezaghebber ten onrechte in diskrediet gebracht en het geloof in de democratie onnodig schade toegebracht.”

Misleidend

“Hoe geloofwaardig is de gezaghebber nog?” is de vraag die op de website Bonaire.nu werd opgeworpen in een opiniebijdrage over de besluitvorming in het Bestuurscollege inzake Sunset Beach Resort. Aangezien het artikel, evenals eerdere nieuwsberichten van deze en andere media, gebaseerd is op feitelijke onjuistheden en suggestief woordgebruik, voel ik mij geroepen een en ander recht te zetten.

Ten eerste over de stemprocedure. De auteur schrijft dat de ik “in de eerste ronde actief meestemde”. Dit klopt, het is namelijk volgens de wet (de WOLBES) en het reglement van orde verplicht voor de gezaghebber om aan stemmingen deel te nemen. Het is mij zelfs niet toegestaan een blanco stem uit te brengen. De auteur stelt dat “dreigt dat ik bij stakende stemmen mijn voorzittersstem zelfs de doorslag laat geven.” Ook dat klopt. Deze regel is in dezelfde wet vastgelegd.

Mij wordt het verwijt gemaakt dat ik regelmatig mijn zorgen uitspreek over de impact die ongebreidelde groei van het toerisme heeft op onze samenleving, de leefbaarheid van Kralendijk, de infrastructuur, de sociale cohesie, de cultuur en de natuur. De auteur noemt dat een “klaagzang”. Zelf zie ik het als een hartekreet aan de lokale politiek en stakeholders om de gemeenschap te beschermen tegen ongewenste ontwikkelingen.

Het gaat hierbij om mijn persoonlijke opvatting. Die kan ik uiteraard niet laten meewegen tijdens beraadslagingen in het Bestuurscollege. Daarin wordt verwacht, volgens het reglement van orde van het bestuurscollege, dat ik in mijn rol als gezaghebber een standpunt inneem. Dan doen mijn persoonlijke voorkeuren er niet toe: dan heb ik simpelweg de grondbeginselen van goed bestuur te respecteren. Dat betekent dat ik mij moet laten leiden door de adviezen van de ambtelijke diensten. Als die op grond van hun kennis en nader onderzoek constateren dat tegen een verzoek of aanvraag geen bezwaar is, dan kan daar uitsluitend van worden afgeweken als er andere, zeer zwaarwegende bedenkingen bekend zijn. Dit is van belang omdat de overheid voorspelbaar dient te zijn: burgers, ondernemers en investeerders moeten erop kunnen vertrouwen dat besluitvorming niet is ingegeven door willekeur.

In het artikel wordt de Chogogo-kwestie aangehaald. Dat is een goed voorbeeld waarin de gezaghebber gebruik kan maken van de hem toegekende bevoegdheid “erger” te voorkomen, door een bemiddelingsrol te spelen. De afweging in dit dossier had te maken met proportionaliteit. Er was immers sprake van een situatie die slechts gedurende korte tijd hoefde te worden gedoogd, waardoor dit aan verschillende kanten niet tot schade zou leiden.

De auteur verwijst voorts naar de integriteitskwestie rond Bonaire Holding Maatschappij en stelt dat ik heb tegengehouden dat er onafhankelijk onderzoek zou worden gedaan. Deze bewering is controleerbaar feitelijk onjuist. Er hebben zelfs twee onderzoeken plaatsgevonden door onafhankelijke organisaties die veel ervaring hebben op het gebied van integriteitsonderzoeken bij overheden. Ik heb die opdracht gegeven en de belangrijkste uitkomsten openbaar gemaakt. De volledige onderzoeken lagen vertrouwelijk voor bij de Eilandsraad. Het was vervolgens aan de Eilandsraad als gekozen volksvertegenwoordiging om te beslissen welke consequenties eraan zouden worden gegeven.

Ook voor de kwestie rondom de rotonde geldt dat hiervoor een extern onafhankelijk onderzoeksbureau is aangetrokken, zoals besloten onder mijn voorzitterschap in de stuurgroep Infrastructuur.

In zijn laatste voorbeeld suggereert de auteur dat ik privébelangen voorrang geef boven het algemeen belang omdat ik als lid van het Bestuurscollege een presentatie heb bijgewoond van een project waarvan de ontwikkelaar mijn partner heeft ingehuurd.  Tijdens dit soort bijeenkomsten, waarvan er jaarlijks vele tientallen zijn, worden nooit besluiten genomen. Besluiten worden genomen in vergaderingen van het Bestuurscollege, in afwezigheid van belanghebbenden, zoals ook in deze kwestie. Als de procedures dat verlangen heeft uiteindelijk de Eilandsraad het laatste woord.

Het feit dat rondom deze kwestie door meerdere media zoveel controleerbare onjuiste informatie naar buiten is gebracht, zonder enige check daarop, vind ik zeer ernstig. Media hebben de verantwoordelijke taak de democratische rechtstaat te bewaken, niet om deze te ondermijnen. In dit geval wordt het instituut gezaghebber ten onrechte in diskrediet gebracht en het geloof in de democratie onnodig schade toegebracht. Ik hoop dat media deze woorden ter harte nemen en voortaan hun journalistieke verantwoordelijkheid serieus nemen bij het publiceren van dit soort aantijgingen.

error: Deze inhoud mag niet gekopieerd worden.