Den Haag – De leningen van in totaal ruim een miljard euro die Nederland aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten verstrekte als noodsteun tijdens de coronapandemie worden geherfinancierd en blijven renteloos. Dat heeft de Rijksministerraad vandaag besloten.
Nederland schoot de CAS-landen te hulp tijdens de pandemie. Met onder meer medische zorg en humanitaire hulp, maar ook financieel. Het leende €441,7 miljoen (Arubaanse florin 915,5 mln) uit aan Aruba, €448,2 miljoen (Antilliaanse gulden 911 mln) ging naar Curaçao, terwijl Sint Maarten €141,7 miljoen (Antilliaanse gulden 292,4 mln) ontving.
De renteloze leningen waren nodig zodat de landen tijdens de pandemie hun rekeningen konden blijven betalen en loonkosten van het bedrijfsleven konden subsidiëren. Zo werden faillissementen en werkloosheid voorkomen toen het toerisme wegviel als gevolg van COVID.
Deze liquiditeitsleningen lopen tot 10 april 2022. De financieel economische situatie is nog niet genoeg hersteld dat aflossing van de leningen mogelijk zou zijn. Daarom is besloten om de renteloze leningen met 18 maanden te verlengen. Het is de bedoeling om die tijd te gebruiken om lange termijnafspraken te maken over de aflossing.
In de Rijksministerraad is daarnaast besproken dat voor het tweede kwartaal geen liquiditeitssteun nodig is bij de landen. Waarom er op voor 8 april weer een RMR op de agenda staat is niet toegelicht.