In de zondagse estafetterubriek ‘Bericht uit…’ belichten columnisten uit de Caribische delen van het Koninkrijk bij toerbeurt de kanten van hun eiland waarvan zij vinden dat die de aandacht van alle koninkrijksburgers verdienen. Vandaag komt het bericht uit Sint Maarten.
Door Terrance Rey
Meer maand dan geld
We zijn goed in dingen verbergen. Armoede is een van de dingen die we goed kunnen verbergen. Het is zo goed verborgen dat je geneigd bent de armoede zelf de schuld te geven van het zo goed verborgen blijven. Maar dat is inherent aan armoede op Sint Maarten. We zijn een trots volk en we geven aan niemand graag toe dat het financieel moeilijk met ons gaat. Aan niemand en evenmin aan onszelf. Ik ben opgegroeid met het horen van uitdrukkingen als ‘Geld groeit niet aan bomen’, ‘Geld groeit niet op mijn rug’ en ‘Zie ik eruit alsof ik van geld gemaakt bent?’
Met al deze demoralisende uitspraken over geld ben ik verbaasd dat ik ben opgegroeid met het natuurlijke instinct om geld te verdienen, hoe geld te laten groeien en om manieren te zoeken om meerdere inkomstenstromen te creëren. Mijn eerste natuurlijke reactie als ik geld kreeg, was om het te sparen. In mijn familie stond ik bekend als De Jood. Omdat ik altijd elke dollar spaarde die ik kreeg. Ik had geen enkele inclinatie om geld uit te geven.
Nog steeds niet. Ik wist altijd dat als ik iets wilde kopen, ik het geld bij de hand moest hebben. Dat betekende dat ik geld moest oppotten. Op latere leeftijd ontwikkelde ik het talent om meerdere manieren te identificeren om geld te genereren.
Op school bleek dat ik aanleg had voor boekhouden. Het was theorie over hoe je kon tellen hoeveel geld je had, hoeveel je uitgaf en wat er over bleef. Winst maken betekende voor mij een manier om meer geld te sparen. Dus ik wilde accountant worden. Als tiener werkte ik onder general manager wijlen Harry Schaminee bij Holland House als assistent-boekhouder samen met O’neil Richardson, die Hoofd Boekhouding was.
Van Dien & Co was ons accountantskantoor dat de boeken controleerde en de financiële jaarverslagen deed voor de familie Proper, die tot op de dag van vandaag eigenaar is van het hotel. Ik werkte daar tot de general manager van het wereldberoemde Sheraton Mullet Bay, Kamal Asultani, mij overtuigde om bij zijn resort te komen werken. Bij Mullet Bay werkte ik onder Food & Beverage-manager Malcolm Cooper. We kenden toen nog nauwelijks enige vorm van armoede op het eiland. Sint Maarten bloeide in die tijd.
Sint Maarten ontwikkelde in die periode een middenklasse die de sterke ruggengraat was van de economie en de samenleving op het eiland. Wie werkte vroeger niet bij Mullet Bay, zou je over die tijd kunnen vragen. Helaas weten we allemaal wat er van Mullet Bay is geworden. Het werd het grootste symbool van verborgen armoede op het eiland. Velen rekenden zich rijk vanwege Mullet Bay. Toch was het gewoon een andere vorm van onszelf en anderen voor de gek houden. Velen geloofden zelfs dat sommigen ‘the golden key’ hadden om Mullet Bay te heropenen en de rijkdom weer toegankelijk te maken voor de werkende massa en vooral de middenklasse op het eiland.
Dezelfde middenklasse die nu ziet hoe de armoede langzaam naar hen toekruipt en op de deuren van hun grote huizen op de heuvels klopt. Ik werd nooit de registeraccountant die ik wilde zijn. Onderweg, tijdens mijn studie, realiseerde ik me dat het veel leuker was om geld te verdienen dan het te tellen. Ik heb echter nooit een voorliefde ontwikkeld om het te spenderen. In plaats daarvan werd ik er goed in om het te verbergen. Daarom herken ik armoede wanneer ik het zie. Ik zie mensen geld uitgeven alsof er geen morgen is en ik zie veel mensen boven hun stand leven. Ik zie dit en het maakt me bang.
Wat mij ook beangstigt, is om te zien dat politici op Sint Maarten vandaag geld uitgeven alsof er morgen meer zal zijn. Ik begrijp die mentaliteit niet. Hoe kan je vandaag geld uitgeven als je geen zekerheid hebt dat er morgen geld binnenkomt? Sint Maarten heeft als land al 11 jaar geen begroting in evenwicht, met uitzondering van het jaar waarin onze minister van Financiën de geldkoffers van ons nutsbedrijf N.V. GEBE plunderde om de begroting in evenwicht te brengen en de financiële waakhond CFT van zich af te krijgen. Hij bracht tegelijkertijd het staatsnutsbedrijf in een precaire financiële positie. Zoals ik al schreef, we zijn goed in onszelf voor de gek houden. Zelfbedrog heet dat.
Als we willen stoppen onszelf voor de gek te houden, moeten we leren stoppen met roekeloos geld uitgeven, moeten we leren budgetteren en geld besparen. We moeten vooral leren om geld te genereren en meerdere inkomstenbronnen te creëren. Nu het nieuwe jaar begint, moeten we ons realiseren dat de pandemie de verborgen armoede op het eiland aan het licht heeft gebracht en niet alleen onder de lagere klasse, maar ook onder de middenklasse en zelfs onder sommigen van jullie in de hogere klasse. Geloof je me niet? Laat me je dit vragen: heb je aan het einde van de maand meer maand over dan geld? Dat is een bekende Sint Maartense uitdrukking. Net zoiets als ‘Are you living from hand to mouth?’ Als je jezelf niet voor de gek wilt houden, dan is het antwoord op die vraag een zekere “Ja.”