Rode Kruis doet ‘nodenonderzoek’ op Curaçao, Aruba en Sint Maarten

Den Haag – Het Rode Kruis Nederland vindt dat de structurele behoefte die er op Curaçao, Aruba en Sint Maarten bestaat aan humanitaire ondersteuning aandacht op koninkrijksniveau verdient. Er zijn groepen kwetsbare inwoners voor wie de bestaande sociaalmaatschappelijke vangnetten niet volstaan.

Dat hield hoofd Internationale Noodhulp van het Rode Kruis Carla Jonker vandaag de Tweede Kamercommissie voor Koninkrijksrelaties voor tijdens een presentatie over de assistentie die de hulporganisatie heeft gegeven nadat Sint Maarten door orkaan Irma was getroffen en gedurende de coronacrisis in alle drie Caribische landen.

Een van de problemen waar de hulpverleners tegenaan zijn gelopen, is het gebrek aan data over kwetsbare groepen inwoners. Jonker kondigde aan dat het Rode Kruis de komende maanden een nodenonderzoek gaat doen om die groepen in kaart brengen zodat deze bij volgende calamiteiten beter kunnen worden bereikt.

In het eerste jaar van de coronapandemie heeft het Rode Kruis met de lokale afdelingen en andere partners ruim 75.000 mensen (een kwart van de totale bevolking) voorzien van voedselhulp. Voor 75% ging dat via het toekennen van vouchers waarmee men boodschappen kon doen bij supermarkten. 23% ontving voedselpakketten en de resterende 2% maakte gebruik van de maaltijdenservice.

Over Sint Maarten zei Jonker dat het land nu beter voorbereid is op een volgende orkaan dan voor Irma. De rampenhulpverleningsstructuur is versterkt. Tegelijkertijd wees zij erop dat de kloof tussen arm en rijk alleen maar groter is geworden en dat een deel van de bevolking niet het geld heeft om bijvoorbeeld aan het begin van het orkaanseizoen een noodvoorraad aan te leggen.

error: Deze inhoud mag niet gekopieerd worden.