OPINIE – Help! Het moederland schiet te hulp

door Aart G. Broek

Vanuit Sint-Eustatius stuurt Jan Meijer met regelmaat een alarmerende brief naar Nederlandse politici, met name leden van de Tweede en Eerste Kamer, ministers en staatssecretarissen die vandoen hebben met de Nederlands-Caraibische (ei)landen. De afgelopen maanden werden zijn beschouwingen opgenomen op deze website DossierKoninkrijksrelaties.nl.

Die brieven blijken een rode draad te bevatten. Keer op keer tekent Meijer het dedain waarmee bezoekende politici, hoge ambtenaren en adviseurs hun gezag doen gelden op het eiland. Moederlandse laatdunkendheid spat uit de teksten van Meijer, hoe beleefd hij ook formuleert. Keer op keer moet hij constateren dat wat het moederland ook mag verwezenlijken, er nooit met enige aandacht is geluisterd naar de eilandelijke bevolking en de bevolking nooit deugdelijk wordt geïnformeerd over wát er wordt gerealiseerd, hóe en door wíe.

Geringschatting tekent het moederlandse handelen en gedrag naar de eilanders. Het resultaat is er naar: weinig tot geen medewerking: hakken in het zand. Dat moet toch beter kunnen? Ja, dat kán beter.

RESPECT

Al dan niet door omstandigheden genoodzaakt, steun uit het moederland is in principe welkom, zélfs wanneer daar Europese Nederlanders bij horen: fondsen, expertise en kennis, bemiddeling, netwerken, verdragen, bescherming. Hulp kent echter een venijnige keerzijde, met name wanneer daar niet direct iets tegenover gesteld kan worden. Hulp vernedert, kleineert, beschaamt en ondermijnt zodoende het gemoed. Gebrek aan respect bij de schenker voedt angst, verdriet en bovenal woede bij de ontvangende partij.

Zijn Europese Nederlanders – op de Benedenwindse eilanden makamba’s geheten – ‘respect’ bij te brengen voor de eilandbewoners? De verschillen lijken onoverbrugbaar. Koloniale nazaten vliegen naar Sint-Eustatius en de andere Nederlands-Caribische eilanden en landen. In de verbale verpakking van ‘gemeente’ of van COHO – wat deze entiteit dan ook zal worden – nemen zij de eilandelijke samenlevingen ten dele over.

PRIMAIRE EMOTIES

Vliegtuigladingen met botte politiek bestuurders, ambtenaren en adviseurs landen op bloedheet asfalt.  Botte kaaskoppen? Onoverbrugbare verschillen in cultuur? We worden er aanhoudend mee om de oren geslagen. Afstand. Voor je het weet branden we ons aan elkaar. De geschiedenis van de afgelopen vijfenzestig jaar Statuut tekent het vergroten van het benadrukken van de cultuurverschillen en zodoende van afstand. Bemoei je er niet mee.

                Op elk van de eilanden wonen uitzonderlijk bijzondere mensen, zo lijken we te moeten constateren. Die kunnen niet met elkaar in ‘de Nederlandse Antillen’ wonen. Wat wil je met 900 kilometer zee ertussen. Die constructie viel dan ook uiteen, waarna er nog meer uiteenviel. Het moederland moet elk der BES-eilanden en de CAS-landen vooral ‘op maat’ benaderen, zo wil het een na het andere rapport. Er is sprake van cultuurverschillen diep als een afgrond en nauwelijks te overbruggen.

                Het hameren op verschillen helpt de Nederlands-Caribische (ei)landen niet het hoofd te bieden aan de plagen die hen – al decennia – teisteren. In heel het Koninkrijk, ongeacht het land of het eiland, wonen mensen met in principe allemaal dezelfde emoties. Tenzij op enigerlei wijze neurologisch of genetisch gemankeerd, heeft ieder mens een potentieel van zes primaire emoties: vrees, verbazing, vreugde, verdriet, woede en weerzin. Ja, Curaçaoënaars, Sabanen, Arubanen, Statianen, Sintmaartenaren, Bonairianen, ja, ook Nederlanders achter de dijken hebben die zes primaire emoties.

OVEREENKOMSTEN

In ons gevoelshuishouden lijken wij, dwars door alle culturen en sociale groepen heen, veel meer op elkaar dan wij veronderstellen. Sociale processen zijn, dwars door alle culturen en sociale groepen heen, ook niet zo verschillend als wij verwachten maar tonen juist grote overeenkomsten. Dáár zullen we ons op moeten concentreren bij het ‘hervormen’ van het Koninkrijk in de Caraïben.

                Het is niet zo’n opgave om de talrijke ‘menselijke universalia’ te onderkennen. Daartoe hoeven we niet naar een hoog abstractieniveau te klauteren of de complexiteit van het samenleven roekeloos te reduceren. Naast de primaire emoties behoren ook een veelvoud aan sociale emoties tot die universalia. Hiertoe rekenen we onder meer trots, jaloezie, afgunst, dank­baar­heid, bewondering, verontwaardiging én schaamte.

                Om over schaamte te spreken in termen van een ‘sociale’ emotie is al­les­­zins verde­digbaar. Hoe­zeer ook iedere persoon zelf een aandeel in het uit­gesproken ellendige gevoel heeft, vernederende beschaming en het resul­taat schaamte zijn in ieder geval aangelegen­heden die mensen elkaar aandoen: de opeenstapeling van vernederingen wat de angst voor nieuwe vernederingen met zich meebrengt.

Het moet geen moeite kosten te beseffen dat de tegenhanger hiervan ‘respect’ is. Waar schaamte bij ieder van ons gevoelens van kleineren en buitensluiten voedt, zorgt respect juist voor gevoelens van geborgenheid en acceptatie. Het mooie van menselijke universalia als gevoelens van ‘schaamte’ en ‘respect’ is dat ze bekend zijn aan beide zijden van het Koninkrijk. Ja, ook Europese Nederlanders haten schaamte en willen respect ervaren. Nee, in de Nederlands-Caraibische samenlevingen heerst geen schaamtecultuur. Er wonen gewoon mensen die zich kunnen schamen en respect wensen te ervaren.

VOORBEREIDING

Met deze kennis als gegeven gooien we de gangbare cursussen overboord, die Nederlandse politiek bestuurders, ambtenaren en adviseurs voorbereiden op hun komst naar ‘de West’. Heel aardig om als uit te zenden ‘deskundige’ twee dozijn woorden Papiaments te kennen, te weten dat ze op de eilanden funchi, stobá en pan batí eten, te vernemen dat de Sefardim al honderden jaren op de eilanden wonen, de hoogste berg van het Koninkrijk op Saba te vinden is en Sint-Eustatius ooit werd geplunderd door de Britten, je te verbazen over de veronderstelde consequenties van de slavernij, Boeli van Leeuwens Geniale anarchie te lezen, om een betoog over Betico Croes’ inspanningen voor Aruba’s status aparte aan te horen, en wat dies meer.

Heel aardig allemaal, maar praktisch absoluut zinloos om je aan te zetten tot respectvol handelen. De makamba’s komen. Help! Europese Nederlanders begin met de hand in eigen boezem te steken. Daar voel je dezelfde emoties als die eilandbewoners bewegen. Gegeven ieders empathische vermogen – ook een van de menselijke universalia – ligt het binnen de mogelijkheden om je voor te stellen wat het aan gevoelens met zich meebrengt om in je eigen werk- en leefomgeving een invasie te verwerken van zelfzekere, goedbedoelende, hoogopgeleide, directief handelende betweters. Ze nemen jouw toko over. Doorleef dat eens.

                Begin met je af te vragen wat vernederingen, kleinering, uitsluiting, gunstverlening, kortom schaamte met je doet. Doorleef de gevoelens. Dan weet je hoe respect invulling kan krijgen (waartoe je de tambú niet hoeft te leren dansen – lukt je toch niet). Dan wordt het mogelijk om respect te leren tonen. Schaamte en respect zijn doodgewone menselijke universalia.

error: Deze inhoud mag niet gekopieerd worden.