In de zondagse estafette-rubriek ‘Bericht uit…’ belichten columnisten uit de Caribische delen van het Koninkrijk bij toerbeurt de kanten van hun eiland waarvan zij vinden dat die de aandacht van alle koninkrijksburgers verdienen. Vandaag komt het bericht uit Sint Maarten.
Blijf hier: Sint Maarten
Door Terrance Rey
Als je Sint Maarten eenmaal hebt geproefd, heb je last van blijf hier. Een bezoeker vroeg me ooit wat de aantrekkingskracht van Sint Maarten is. Die vraag was moeilijk te beantwoorden. Tijdens een interview onlangs met mijn goede vriendin, Valerie van Putten, vermeldde ik dit in haar radioprogramma over reizen en toerisme. We bespraken de opening van het eiland voor toerisme, met name het cruisetoerisme, en de noodzaak van het vaccin om de economie snel weer op gang te krijgen. Als een van de belangrijkste toeristische bestemmingen in de Cariben en een belangrijke toegangspoort in het noordoosten van het Caribisch gebied, is Sint Maarten gezegend met zee, zon en zand, net als veel andere bestemmingen in de regio. Dus wat maakt Sint Maarten zo speciaal?
In het radioprogramma bespraken we ook de noodzaak van marketing en promotie om Sint Maarten weer op de kaart te zetten om bezoekers te trekken. Vanaf nu, in een postpandemische periode, zal de concurrentie tussen de eilanden hevig zijn. Dus we moeten daarop voorbereid zijn.
Ik vertelde Valerie dat Sint Maarten er op de een of andere manier altijd in is geslaagd toeristen aan te trekken die ‘diehard’ terugkerende bezoekers worden. De reden volgens mij is meestal omdat hun ouders – en soms hun ouders voor hen – ooit naar het eiland kwamen, er verliefd op werden en bleven terugkeren. Sint Maarten geeft niet zoveel marketingdollars uit als Aruba of Curaçao. Toch slagen we er als bij toverslag in om terugkerende bezoekers aan te trekken. Op zoek naar het antwoord op de vraag ‘what the big attraction of St. Maarten is’, wilde ik die veronderstelling testen.
Van de week ging ik ’s avonds naar Jimmy’s – The Original Fat Boy, een lokale BBQ roadside grill aan de Pondfill Road in Philipsburg. Daar ontmoette ik toevallig vier jonge Amerikaanse dames. Aangezien eerdergenoemde veronderstelling nog vers in mijn gedachten was, besloot ik de dames te vragen of dit hun eerste keer op het eiland was of dat ze hier eerder waren geweest en waarom ze naar Sint Maarten waren gekomen. Het bleek dat twee van hen zussen waren en hun ouders al jaren naar Sint Maarten kwamen en nu wilden ze alleen naar Sint Maarten, zonder hun ouders, en dus namen ze ook twee van hun vriendinnen mee . Toeval of klopt mijn veronderstelling wel?
Ik geloof dat dit het geluk van Sint Maarten is. Met welke aantrekkingskracht Sint Maarten ook gezegend is, het is duidelijk dat als bezoekers eenmaal van het echte Sint Maarten geproefd hebben, ze altijd zullen terugkomen. Dat is wat wij hier op de Antillen ‘blijf hier’ noemen. Zeker als ze die ribs, chicken leg en johnny cake van Jimmy’s hebben gegeten.
Ook voor degenen die uiteindelijk besluiten om van Sint Maarten hun thuis te maken, geldt dat ze meestal nooit meer weggaan. Hun ‘blijf hier’-aansteking is permanent. Het is dan ook geen verrassing dat de autochtone Sint Maartenaren nu nog maar minder dan 13% van de bevolking op het eiland uitmaken. Is dat een goede of is dat een slechte zaak? Ik zeg dat het een ‘fait accompli’ is. We moeten niet klagen over hoeveel mensen er op Sint Maarten wonen. Ik neem het ze zeker niet kwalijk. De reden waarom is mij volkomen duidelijk. Wie eenmaal van Sint Maarten geproefd heeft, blijft hier. Dat is een voldongen feit. Het is de onverklaarbare aantrekkingskracht die Sint Maarten uitoefent op iedereen die op het eiland is geweest. Dat is precies de kracht van Sint Maarten en dat is wat het eiland heeft gemaakt tot wat het vandaag de dag is.