Philipsburg – Sint Maarten kan “op korte termijn niet meer aan zijn verplichtingen voldoen met alle gevolgen van dien.” Dat schrijft het College financieel toezicht in een brief van 4 juni waarin het zijn oordeel geeft over de uitvoeringsrapportage over het eerste kwartaal.
De geldnood waarin het eiland verkeert is het directe gevolg van het conflict met Nederland over het bestuur over de luchthaven. Zolang dat niet op orde is wordt de eerder toegezegde 39 miljoen gulden aan liquiditeitssteun niet overgemaakt.Het Cft “adviseert het land dan ook voortvarend invulling te geven aan de met Nederland gemaakte afspraken die moeten leiden tot verstrekking van verdere liquiditeitssteun.”
Hoewel minister-president Jacobs weinig bewegingsruimte krijgt van de coalitiefracties is de verwachting dat zij op elk moment toegeeft aan de voorwaarden van Nederland. De Rijksministerraad heeft staatssecretaris Knops (BZK) het mandaat gegeven in dat geval de 39 miljoen meteen over te maken naar Philipsburg.
Daarmee zijn de zorgen voor Sint Maarten nog niet voorbij. De begroting voor dit jaar is nog altijd niet vastgesteld en uit de resultaten over het eerste kwartaal blijkt dat de werkelijkheid sterk afwijkt van de ontwerp-begroting. Het Cft herhaalt dan ook de kritiek op het gebrekkige financieel beheer.
Lees hieronder de gehele brief van het Cft
Op 25 mei jl. ontving het College financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Cft) de Uitvoeringsrapportage (UR) over het eerste kwartaal van 2021. Conform artikel 18 lid 1 van de Rijkswet financieel toezicht (Rft) ontvangt het Cft de UR uiterlijk zes weken na afloop van elk kwartaal. De UR over het eerste kwartaal had uiterlijk 13 mei jl. ingediend moeten worden en is dus met een vertraging aangeleverd. Met dit schrijven ontvangt u de reactie van het Cft op deze UR. Een afschrift van dit schrijven wordt aan de Staten en aan de minister-president van Sint Maarten verstuurd.
Toetsingskader
Het toetsingskader voor de beoordeling van de UR wordt gevormd door de Rft aangevuld met de aanwijzing die de Rijksministerraad (RMR) in september 2015 heeft gegeven aan het bestuur van Sint Maarten. Vanwege de coronacrisis heeft de RMR, desgevraagd, aan Sint Maarten toestemming verleend om, op basis van artikel 25 lid 1 van de Rft, voor 2021 af te wijken van de centrale begrotingsnorm. Het begrotingstekort van het land over het jaar 2021 mag daarbij zo groot zijn als de in 2021 toe te kennen liquiditeitssteun en eventuele binnenlands of buitenlands (na goedkeuring van de RMR) aan te trekken liquiditeiten die ingezet worden ter dekking van dit tekort. De verschillen tussen de kas-benadering en een baten-lasten-benadering dienen hierbij nog wel te worden betrokken. De RMR heeft op 18 april 2019 besloten tot verlenging van de aanwijzing, maar over de nieuwe termijnen heeft nog geen besluitvorming plaatsgevonden.
Oordeel
De eerste UR toont een voorlopig begrotingstekort over het eerste kwartaal van ANG 41 miljoen. Dit tekort valt lager uit dan begroot (ANG 49 miljoen). Dit wordt veroorzaakt door het saldo van een batenrealisatie die ANG 6 miljoen lager is dan begroot en door lagere lasten voor goederen en diensten en Covid-19 gerelateerde lasten in totaal voor ANG 14 miljoen. In de UR is de aansluiting tussen de beschikbare middelen en het resultaat aan het eind van het kwartaal voldoende toegelicht.
De RMR heeft op 23 april jl. Sint Maarten dringend verzocht om de begroting uiterlijk 15 mei jl. vast te stellen en daarbij rekening te houden met de aanbevelingen van het Cft bij de ontwerpbegroting (OB). Het Cft constateert dat de begroting nog niet is vastgesteld door de Staten. Het Cft vindt dit een zorgwekkende situatie en benadrukt het belang van een zo spoedig mogelijke vaststelling van de begroting, zodat de regering een mandaat heeft tot uitvoering daarvan.
Sint Maarten begroot ANG 83 miljoen aan investeringen, maar deed geen investeringen in het eerste kwartaal. Het Cft adviseert om na te gaan of deze investeringen nog gerealiseerd kunnen worden, een bestedingsplan op te stellen en eventueel het begrote bedrag naar beneden bij te stellen. Het Cft verzoekt hem dit bestedingsplan te doen toekomen, met daarin toelichtingen alsmede duiding van de eventuele jaarlijkse gevolgen voor de gewone dienst.
Uit de UR blijkt geen voortgang in het dringend noodzakelijke verbeteren van het financieel beheer en het verhogen van de belasting compliance, waarvoor zowel in de gewone dienst als in de kapitaaldienst uitgaven zijn geraamd. In het landspakket zijn maatregelen overeengekomen voor het verbeteren van het financieel beheer.8 Het Cft adviseert de betreffende maatregelen uit het landspakket op korte termijn uit te werken en de onderdelen die op korte termijn uitvoerbaar zijn, direct tot uitvoering te brengen. In constructief overleg met Nederland zal dan ook het beschikbaar krijgen van de benodigde uitvoeringscapaciteit aan de orde moeten komen.
De door Sint Maarten gerapporteerde betalingsachterstanden zijn ten opzichte van het vierde kwartaal 2020 licht afgenomen. Het Cft adviseert om betalingsregelingen te treffen met de Sociale Ziektekosten Verzekering (SZV) en het Algemeen Pensioenfonds Sint Maarten (APS) inzake de nog bestaande achterstanden.
Op 28 mei jl. besloot de RMR om nog niet over te gaan tot uitbetaling van de vijfde tranche liquiditeitssteun van ANG 39 miljoen. Het Cft verwacht dat Sint Maarten op korte termijn niet meer aan zijn verplichtingen kan voldoen met alle gevolgen van dien en adviseert het land dan ook voortvarend invulling te geven aan de met Nederland gemaakte afspraken die moeten leiden tot verstrekking van verdere liquiditeitssteun.
Toelichting
Baten
De tegenvallende baten worden voor een aanzienlijk deel verklaard door strengere reisrestricties voor reizigers uit de Verenigde Staten. Er is sprake van een lager dan begrote realisatie van loonbelasting en belasting op bedrijfsomzetten en lagere fees en concessies van overheidsentiteiten, in totaal voor ANG 9 miljoen. De ’overige baten’ zijn echter ANG 3 miljoen hoger dan begroot.
Het Cft adviseert om de overige baten op te splitsen naar de diverse belastingen en vergunningsopbrengsten in de tweede UR 2021. De voorgenomen verbetering van belasting compliance blijft uit waardoor in het eerste kwartaal ANG 2 miljoen minder baten inzake belasting compliance zijn gerealiseerd dan begroot.
Lasten
Sint Maarten realiseerde in het eerste kwartaal 14 procent van de in de ontwerpbegroting 2021 voor het hele jaar geraamde uitgaven voor goederen en diensten. De onderbesteding bij deze lastencategorie wordt voornamelijk verklaard door diverse niet tot uitvoering gebrachte projecten en lager uitgevallen uitgaven voor onderhoud, marketing en inhuur. Sint Maarten geeft aan dit een gevolg is van de coronacrisis. Het Cft merkt op dat de lasten voor goederen en diensten ten opzichte van het eerste kwartaal 2021 ANG 3 miljoen hoger zijn dan in het eerste kwartaal 2020. Het Cft adviseert Sint Maarten om alleen noodzakelijk uitgaven voor goederen en diensten uit te voeren.
Lasten sociale voorzieningen
De lasten voor sociale voorzieningen namen toe met ANG 2 miljoen ten opzichte van de ontwerpbegroting. Het Cft constateert een correlatie tussen de afname in de loonsubsidieregeling en een toename in de lasten voor sociale voorzieningen. Sint Maarten realiseerde in het eerste kwartaal al 45 procent van de voor het hele jaar geraamde lasten voor sociale voorzieningen. Het Cft adviseert om dit actief te monitoren en hier rekening mee te houden in toekomstige begrotingswijzigingen (BW).
Personeelslasten
De personeelslasten nemen in eerste kwartaal 2021 met ANG 2 miljoen (3 procent) af ten opzichte van het eerste kwartaal 2020. Het Cft verwacht een verdere reductie van de personeelslasten waar te nemen in de tweede UR, in lijn met de doorgevoerde 12,5 procent korting op arbeidsvoorwaarden.
Loonsubsidieregeling
De uitvoering van de loonsubsidieregeling heeft een substantiële vertraging gekend. De lasten voor de loonsubsidieregeling bedroegen in 2020 ANG 70 miljoen. Sint Maarten verwacht nog voor ANG 12 miljoen aan lasten voor de loonsubsidieregeling met betrekking tot 2020. Sint Maarten begroot de loonsubsidieregeling in 2021 op ANG 54 miljoen. Uit de eerste UR blijkt dat er tot en met maart ANG 24 miljoen is verstrekt aan SZV inzake de steunmaatregelen coronacrisis, tegen een raming van ANG 32 miljoen. Realisatiecijfers van de loonsubsidieregeling in 2021 in de UR ontbreken. Het Cft benadrukt dat het van groot belang is dat de uitvoering van de regeling in 2021 wel tijdig geschiedt.
Het Cft adviseert in de begroting 2021 een meer geleidelijke afbouw van de begrote uitgaven van de steunmaatregelen op te nemen in lijn met de verwachte economische groei.
Kapitaaldienst
In 2021 hebben nog geen kapitaalinvesteringen plaatsgevonden. Sint Maarten heeft voor ANG 2 miljoen aan studieleningen verstrekt, evenveel als vrijkwam aan baten in verband met afschrijvingen en aflossingen van die leningen. Sint Maarten begroot in 2021 in totaal ANG 83 miljoen aan investeringen. Het Cft adviseert om na te gaan of deze investeringen nog gerealiseerd kunnen worden, een bestedingsplan op te stellen en eventueel het begrote bedrag naar beneden bij te stellen. Hierbij wijst het Cft u op zijn eerdere advies om in de begroting alleen de direct noodzakelijke vervangingsinvesteringen en de investeringen die gepaard gaan met het hervormingstraject zoals overeengekomen in het landspakket op te nemen.
Financieel beheer
Het Cft blijft aandacht vragen voor het inlopen van de achterstand in het proces van opstellen, aanbieden, goedkeuren en vaststellen van de jaarekeningen. Sint Maarten heeft in 2020 een kleine stap gezet doordat de jaarrekeningen over de jaren 2013 tot en met 2016 zijn vastgesteld. De achterstand in jaarrekeningen is nog altijd onacceptabel groot. Het Cft adviseert u dringend om ervoor zorg te dragen dat de vastgestelde jaarrekeningen over de jaren 2017 en 2018 uiterlijk 30 juni 2021 en over de jaren 2019 en 2020 uiterlijk 31 augustus 2021 bij het Cft worden aangeboden.
Liquiditeitspositie
In reactie op de (wereldwijde) coronacrisis heeft Sint Maarten ingrijpende maatregelen moeten treffen. Voor de steunmaatregelen waren extra liquiditeiten noodzakelijk. De rijksministerraad (RMR) heeft voor het eerste kwartaal 2021 een bedrag van ANG 9 miljoen liquiditeitssteun toegekend. Op 26 maart jl. heeft de RMR besluitvorming hierover aangehouden, vanwege twijfels over de aanwezige steun in de Staten voor de gemaakte afspraken met betrekking tot het landspakket en het voorstel van Rijkswet COHO.
Op 23 april jl. besloot de RMR om na ondertekening van de uitvoeringsagenda de door het Cft geadviseerde liquiditeitssteun toe te kennen. Op 28 mei jl. heeft de RMR dit besluit echter gewijzigd met als reden de zorgwekkende ontwikkeling inzake goed bestuur van de Princess Juliana International Airport (PJIA). De RMR besloot pas over te gaan tot het verstrekken van de ANG 39 miljoen nadat de regering van Sint Maarten voldoende doortastend heeft opgetreden om de problemen op de luchthaven structureel op te lossen. Het uitblijven van een volgende tranche liquiditeitssteun heeft direct gevolg voor de liquiditeitspositie van het land.
Uit de eerste UR volgt dat Sint Maarten eind eerste kwartaal beschikt over ANG 37 miljoen aan liquiditeiten, waarvan ANG 36 miljoen besteedbaar is. De liquiditeiten zijn ten opzichte van het vierde kwartaal 2020 afgenomen met ANG 32 miljoen. Deze afname wordt grotendeels veroorzaakt door extra overdrachten aan SZV ter dekking van uitgaven van de loonsubsidieregeling met betrekking tot 2020 en het Sint Maarten Development Fund (SDMF) ter financiering van het “unemployment en income support” programma in 2021. In het eerste kwartaal voerde Sint Maarten correcties door inzake debiteurenontvangsten en doorstorting algemene verzekering bijzondere ziektekosten (AVBZ) voor ANG 13 miljoen. Het Cft adviseert om dit bedrag op te splitsen zodat inzichtelijk is hoe dit bedrag is opgebouwd.
Collectieve sector
Volgens artikel 23 van de Rft wijst Sint Maarten samen met Nederland tweejaarlijks, na advies van het Centraal Bureau voor de Statistiek in samenwerking met het Centraal Bureau voor de Statistiek van Nederland, voor 1 april aan welke rechtspersonen met ingang van het volgende begrotingsjaar behoren tot de collectieve sector. De collectieve sector 2021-2022 had derhalve op 1 april 2020 reeds vastgesteld dienen te zijn, maar dit is tot op heden nog niet gebeurd. Het Cft verzoekt u dit op korte termijn alsnog te doen.
Overheidsentiteiten
In de eerste UR heeft Sint Maarten, conform advies van het Cft, een paragraaf gewijd aan de financiële situatie van de het nutsbedrijf GEBE, de telecommunicatiemaatschappij Telem, de Sint Maarten Harbour, de luchtvaartmaatschappij Winair, de luchthaven Princess Juliana International Airport en de SZV. Het Cft adviseert Sint Maarten om in de volgende UR specifiek aan te geven in hoeverre ze verwacht bij te moeten dragen in de verwachte begrotings- of liquiditeitstekorten van deze overheidsentiteiten. Het Cft verzoekt ook om de financiële situatie van SZV verder toe te lichten. Specifiek verzoekt het Cft om de volgende onderdelen:
- • een overzicht van de actuele reserves, inkomsten en uitgaven per fonds;
- • een overzicht met de ontwikkelingen van de Overheid Ziektekosten Regeling.
Het Cft adviseert het land om de financiële positie van overheidsentiteiten te blijven monitoren. Ook adviseert het Cft om Postal Services Sint Maarten (PSSM) te monitoren.
Rentelastnorm en schuldpositie
Op basis van de beschikbare gegevens stelt het Cft vast dat de rentelasten van de collectieve sector van Sint Maarten binnen de rentelastnorm van ANG 32 miljoen liggen. In het eerste kwartaal van 2021 is een liquiditeitslening van ANG 9 miljoen verstrekt. Er hebben geen aflossingen plaatsgevonden. Hierdoor is de overheidsschuld toegenomen. De overheidsschuld komt voorlopig uit op ANG 1.241 miljoen en de overheidsschuldquote op 72 procent van het bruto binnenlands product (bbp). De schuld van de collectieve sector komt naar schatting uit op ANG 943 miljoen en de schuldquote van de collectieve sector op 55 procent van het bbp. Bij de berekening van de schuldquotes is uitgegaan van een bbp van ANG 1.726 miljoen.
Sint Maarten heeft diverse schulden aan overheidsgelieerde entiteiten. De totale betalingsachterstand aan overheidsgelieerde bedrijven bedraagt in het eerste kwartaal ANG 107 miljoen. De twee grootste schulden staan uit bij SZV (ANG 68 miljoen) en bij APS (ANG 22 miljoen). Het Cft adviseert u dringend om betalingsregelingen voor afbetaling van deze schulden te treffen met beide