Stagiaires terugroepen uit Curaçao is “paniekvoetbal”

Willemstad – “Paniekvoetbal”, zo noemt eigenaar Maarten de Jong van het stagebureau Wereldstage in Willemstad het besluit van de Nederlandse regering om behalve toeristen ook stagiaires op te roepen het eiland zo snel mogelijk te verlaten. “Zij zijn niet degenen die de druk veroorzaken op de gezondheidszorg”, aldus De Jong.

Er had een betere afstemming moeten zijn tussen het ministerie van Onderwijs in Nederland, de Vertegenwoordiging van Nederland op Curaçao en de stagebureaus, vindt De Jong. “Het is een beetje een paniekactie. Vorig jaar maart werden wij gevraagd door het ministerie gevraagd of wij wilden helpen alle studenten uit het hele Caribisch gebied terug te halen. Dat hebben we toen gedaan. Deze keer is, zonder af te stemmen met de stakeholders, een advies naar buiten gebracht”, aldus De Jong in gesprek met het Caribisch Netwerk.

Er zijn op dit moment naar schatting zo’n 150 Nederlandse stagiaires op het eiland. De Jong verwacht dat 10 tot 15% gehoor zal geven aan de oproep “Het overgrote deel kijkt het nog even aan en wacht de ontwikkelingen af.” De Jong benadrukt dat stagaires inkomsten genereren voor het eiland. Hij vreest voor een tekort aan als het toerisme later dit jaar weer op gang komt en hotels en horeca handen tekort komen.

Aanleiding voor de oproep van de Nederlandse overheid is dat de zorg op Curaçao op het punt van bezwijken staat. Het eiland staat nummer in de wereldranglijst van meeste nieuwe besmettingen per 100.000 inwoners: 195. Nummer 2 San Marino volgt met 104. Door Nederland worden extra vaccins, apparatuur en zorgpersoneel geleverd. Ook Bonaire en Aruba zijn te hulp geschoten.

Als de Curaçaose parameters vertaald worden naar Nederland met 17 miljoen inwoners zouden er gemiddeld per dag 33.000 nieuwe besmettingen zijn, 11.000 patiënten met corona in de ziekenhuizen liggen van wie 3.800 op de IC’s en 4.400 mensen zijn overleden.

error: Deze inhoud mag niet gekopieerd worden.