Den Haag/Kralendijk – De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) en Rijkswaterstaat (RWS) hebben de olieterminal van BOPEC op Bonaire geen toestemming verleend voor het afvoeren van olie. Zij vinden dit vanwege de slechte staat van de installaties te risicovol.
ILT heeft op 7 december het overpompen van de stookolie uit de oude tanks van BOPEC naar twee gerenoveerde tanks afgerond. Deze twee tanks voldoen aan de normen en de brandblusinstallatie op deze tanks is hersteld, getest en goedgekeurd. Daarmee zijn de grootste milieurisico’s weggenomen.
Verzoek
BOPEC heeft op 11 december een verzoek bij RWS ingediend om de olie met een tankschip af te voeren, zodat deze kan worden verkocht. Het verzoek is ingediend bij RWS omdat de steiger valt onder de RWS-vergunning Wet maritiem beheer BES. Aangezien de olie via leidingen over land naar de steiger gepompt zou moeten worden, is voor het afvoeren van de olie ook het akkoord van ILT nodig.
Afgewezen
BOPEC heeft op verzoek van RWS en ILT op 11 januari aanvullende informatie ter beoordeling aangeleverd. Zowel RWS als ILT zijn tot de conclusie gekomen dat de installaties van BOPEC niet voldoen aan de vergunningvoorschriften en dat het verzoek daarom niet kan worden ingewilligd. De risico’s die optreden bij het afvoeren van de olie bij de huidige slechte staat van onderhoud zijn eenvoudig te groot. RWS heeft daarom op 19 januari 2021 in overleg met ILT het verzoek van BOPEC afgewezen.
Bezwaar
BOPEC heeft nog dezelfde dag een bezwaar ingediend tegen de afwijzing van het verzoek. RWS zal zo spoedig mogelijk bekend maken of dit bezwaar leidt tot een wijziging van het besluit. BOPEC is een dochter van het mede door Amerikaanse sancties in grote financiële problemen verkerende Venezolaanse staatsolieconcern PdVSA.